Bijlage 20
RAADSVERGADERING CODENR.
1 oktober 1979 -2.07.12
VOORSTEL TOT HET BENOEMEN VAN EEN AFGEVAARDIGDE EN EEN PLAATSVERVANGEND
AFGEVAARDIGDE IN DE GEWESTRAAD VAN HET STREEKGEWEST WESTELIJK NOORD-
BRABANT.
AGENDAPUNT
15
Aan de gemeenteraad.
In uw vergadering van 2S september 197S heeft u als afgevaardigde in de
gewestraad van het Streekgewest Westelijk Noord-Brabant de heer A. Hommel
aangewezen. Ads plaatsvervangend lid werd mevrouw G. Ten Hove-Bosters aan
gewezen.
Nu de gemeente Rucphen tot het Streekgewest is toegetreden en de tweede
wijziging van de gemeenschappelijke regeling tot stand is gekomen moeten
volgens de overgangsbepalingen in het wijzigingsbesluit, welke besluiten
op 21 augustus j.l. in werking traden, binnen twee maanden na de inwerking
treding de leden en plaatsvervangende leden van de gewestraad worden aan
gewezen.
Artikel 5, eerste lid, van de gemeenschappelijke regeling bepaalt, dat
de leden van de gewestraad worden aangewezen door de raden van de deelnemende
gemeenten, waarbij de raad van elke gemeente één lid per 5000 inwoners of
gedeelte daarvan aanwijst. Bovendien moeten de raden voor elk lid een plaats
vervangend lid aanwijzen.
Voor onze gemeente betekent dat de aanwijzing van 1 lid en 1 plaats
vervangend lid.
Wij stellen u voor de heer A. Hommel tot lid van de gewestraad en tot
plaatsvervangend lid mevrouw G. Ten Hove-Bosters, als zodanig opnieuw te
benoemen.
Nieuw-Vossemeer, 8 augustus 1979.
Burgemeester en wethouders van Nieuw-Vossemeer,
A.G.O.A. Remery, burgemeester.
M.J.J. Perdaems, wethouder.
