J
111!
I
i it i
if'1
2 -
De leden onder b en c worden uit een voordracht door burgemeeeter en wethouders
door de raad aangewezen.
Artikel 5.
De leden van de commissie worden benoemd voor een tijdvak van vier jaren met
dien verstande, dat de zittingsduur niet langer is dan de periode, waarvoor
de raadsleden zijn gekozen.
Artikel 6.
De leden kunnen tussentijds ontslag nemen.
De door ontslagneming, aftreding als raadslid of overlijden open gevallen
plaats wordt binnen twee maanden door de raad aangevuld.
Leden die, ter vervulling van een buiten periodieke aftreding open gevallen
plaats, hetzij ter vervulling van een door tussentijdse uitbreiding van de
commissie, tot lid of tot voorzitter zijn benoemd, treden af op hetzelfde tijd
stip als de leden en de voorzitter, genoemd in artikel 5,
Artikel 7.
Leden van de commissie, die hun ontslag hebben ingediend, danwel voor wie
de zittingsduur, genoemd in artikel 5, is verstreken, behouden hun lidmaatschap
tot hun opvolger is benoemd.
Artikel 8.
Bij afwezigheid, ongesteldheid or ontstentenis van de voorzitter van de commissie
wordt deze door een door burgemeester en wethouders aan te wijzen lid van hun
college vervangen.
Artikel 9.
De commissie vergadert zo dikwijls haar voorzitter, of tenminste vier harer
leden, zulks onder opgaaf van redenen nodig oordeelt.
Indien de vergadering is gevraagd door het vereiste aantal leden, wordt zij
binnen veertien dagen gehouden.
Artikel 10.
De vergaderingen van de commissie worden belegd en zo nodig geagendeerd door de
voorzitter, die zorgt dat oproep, agenda en eventuele stukken in de regel ten
minste driemaal 24 uur voor het houden van een vergadering hiertoe bij de leden
worden bezorgd.
Stukken, welke niet voor toezending in aanmerking komen, legt hij voor de leden
ter visie en doet daarvan mededeling in de oproep.
Artikel 1I
De commissie mag niet beraadslagen of besluiten, zo niet naast de voorzitter ten
minste drie harer leden tagenwoordig zijn.
- Alle besluiten -