m
GEMEENTERAAD NIEUW-VOSSEMEER.
(negende vergadering)
1
Bijzondere openbare vergadering van de raad der gemeente
Nieuw-Vossemeer op Vrijdag 15 september 1978 des namiddags
3 uur ten gemeentehuize in verband met de huldiging van
loco-secretaris A.A.van Overveld,bij gelegenheid van diens
25-jarig ambtsjubileum.
Tegenwoordig: de heren Jac.Brocatus, H.F .P.M.Buijs,
C.Kooien, G.P.Slokkers, M.J.J.Perdaems, A.F.Hommel en
Mevr.G.ten Hove-Bosters.
Voorzitter: A.G.O.A.Remery, burgemeester-secretaris.
1. Opening
De voorzitter opent de vergadering met het gebruikelijke
gebed en spreekt dan alsvolgt:
Geachte aanwezigen;
Op deze voor de gemeente Nieuw-Vossemeer bijzondere dag
heet ik U allen hartelijk welkom.
In de eerste plaats geldt dit uiteraard voor de heer van
Overveld, zijn echtgenote en zijn directe familieleden, onder
v/ie, het zij met plezier vermeld, de vader van de heer van
Overveld.
Ik heb al gezegd dat het een bijzondere dag voor de gemeen
te is. Vooral bijzonder in die zin,dat het ook in een kleine
gemeente als de onze kan voorkomen,dat iemand,en in dit ge
val de loco-secretaris, de eerste ambtenaar ter gemeente
secretarie, 25 jaar onafgebroken in dienst is.
En dat bent U,heer van Overveld,in de volksmond beter be
kend als Toon van Overveld. Die voornaam typeert U in volle
mate,want daar spreekt het vertrouwen uit,dat de bevolking
in U stelt.
U bent naar hier gekomen in 1953»vanuit Steenbergen,van
uit het gemeentehuis aldaar. U hebt een zeer groot gedeelte
van de ellende van de verschrikkelijke watersnoodramp mee
gemaakt. Maar niet alleen meegemaakt,U hebt met inzet van al
Uw vermogen eraan medegewerkt,dat de grote misère,die er
toen in deze gemeente heerste, zo sopedig mogelijk werd op
geheven. Daar is het gemeentebestuur, mede dank zij Uw grote
inzet en noeste arbeid, snel in geslaagd,
We kunnen rustig stellen,dat Nieuw-Vossemeer vanaf 1953
in de "vaart der volkeren" is opgenomen. Vóór 1953 erg ge-
issoleerd, is Nieuw-Vossemeer thans een gemeente,die zich,
qua voorzieningenpèil, kan meten met heel veel andere,zelfs
veel grotere gemeenten in Nederland. Daarin hebt U,mijnheer
van Overveld,mët het gemeentebestuureen grote hand gehad,
vooral ook dank zij Uw kundigheid en een snel begrip voor de
situatie op het betreffende moment.
Ik heb het zo straks al min of meer medegedeeld: U bent
een begrip in Nieuw-Vossemeer geworden. U hebt vijf burge
meesters meegemaakt, U bent hen steeds tot grote steun ge
weest, vooral ook door Uw grote kennis van Nieuw-Vossemeer en
haar bevolking.
Ook ik heb het genoegen,met U samen te werken. U bent mijn
rechterhand,niet alleen in de gemeente zelf,maar ook daar
buiten,zoals terecht een van de regionale kranten heeft ge
schreven. Want ,een burgemeester heeft in zijn gemeente nogal
wat te doen. Maar ook veel buiten de gemeente, in geweste
lijk verband, in provinciaal verband en,misschien in mindere
mate,in rijksverband. En als een burgemeester van een kleine
gemeente zich niet geruggesteund voelt door een goed korps
van medewerkers en medewerksters,onder de inspirerende lei
ding van, zoals wij dat noemen,een bekwame eerste ambtenaar
ter secretarie,dan is hij,de burgemeesterin feite nergens.