Gemeenschappelijke regeling ten behoeve van het mytylonderwijs in West-Bratont.
Artikel 1
1 De gemeenschappelijke regeling wordt aangegaan ten behoeve van de belangen
behartiging van lichamelijk gebrekkige kinderen, die met inachtneming van
de daarvoor van overheidswege gegeven en nog te geven voorschriften onder
toezicht van de desbetreffende rijksorganen toegelaten worden tot de bijzondere
streekmytylschool gevestigd in de gemeente Roosendaal en Nispen en het gemeen
schappelijk dragen van de kosten, verbonden aan de, in het tweede lid van dit
artikel onder a. en b. bedoelde verzorging.
2. Deze belangenbehartiging omvat:
a. de paramedische en sociale verzorging;
b. de verzorging van het vervoer naar en van school.
Artikel IA.
Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:
a. aangesloten gemeenten: alle aan deze regeling deelnemende gemeenten;
b. buitengemeenten alle aan deze regeling deelnemende gemeenten - met uit
zondering van de gemeente Roosendaal en Nispen - en an
dere gemeenten, die worden aangemerkt als woongemeente
van leerlingen, die de mytylschool te Roosendaal bezoeken.
c. centrumgemeente de gemeente Roosendaal en Nispen.
Artikel 2.
1 De centrumgemeente verstrekt aan het schoolbestuur de nodige gelden voor de pa
ramedische en sociale verzorging van de leerlingen van de school en voor de ver
zorging van het vervoer van de leerlingen naar en van schooi, zulks onder de
voorwaarde, dat onverminderd het bepaalde in het "Besluit buitengewoon onderwijs
1967" een leerling uit een andere dan de aangesloten gemeenten alleen dan tot
de school wordt toegelaten, indien het bestuur van de gemeente, waar die leerling
woonachtig is, schriftelijk heeft verklaard bij te dragen in de kosten, welke voor
die leerling gemaakt worden. De berekening van deze bijdrage geschiedt op grond
van het bepaalde in de artikelen 3 en 4.
2 Op verzoeken van het schoolbestuur om beschikbaarstelling van gelden ten laste
van de kapitaaldienst wordt beslist door de raad van de centrumgemeente. Een daar
toe strekkende beslissing wordt niet genomen dan nadat de bij de gemeenschappeli|ke
regeling aangesloten gemeenten in de gelegenheid zijn gesteld eventuele bezwaren
tegen de inwilliging van dergelijke verzoeken kenbaar te maken. Met het oog hier
op wordt een afdruk van de door het schoolbestuur bij de raad van de gemeente
Roosendaal en Nispen daartoe ingediende aanvrage en van het terzake door de in
specteur van het buitengewoon lager onderwijs c.q. door de geneeskundige inspec
teur van de volksgezondheid uitgebracht advies toegezonden aan de besturen van de
aangesloten gemeenten, die binnen een maand na de toezending van deze beschei
den, aan de raad van de centrumgemeente bezwaren kunnen kenbaar maken.
V. -t 4 R
",V i------