bijlage 10
AGENDAPUNT RAADSVERGADERING CODENR
9 21 april 1977 -1.754.213.1
V0QR3TEL TGT HET WIJZIGEN VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING WOONWAGENCENTRA.
Aan de gemeenteraad.
Bij brief van 10 januari 1977, nr. 14/7, is door het algemeen bestuur van
Woonwagencentra West-Brabant een ontwerp aangeboden tot wijziging van de gemeen
schappelijke regeling Woonwagencentra West-Brabant.
Blijkens vorengenoemde brief is de kern van de wijziging, dat elke gemeente
naar vermogen steun verleent bij het verwerkelijken van hot spreidingsbeloid
en van daaruit bij het streven de woonwagenbevolking van minderheidsgroep tot
deelgroep van onze samenleving te verheffen. De Woonwagenwet van 1963 stuurt
de woonwagenbewoners naar grote regionale centra, zonder rekening te houden met
eon integratie van deze minderheidsgroep in de totale samenleving. Het gevolg daar
van is, dat de kloof tussen genoemde minderheidsgroep en de rest van de
samenleving steeds groter wordt.
Kleinere centra, dichter bij de woonbebouwing zullen een betere bais zijn
voor het versmallen van die kloof
De huidige gemeenschappelijke regeling maakt een standplaatsenbeleidzoals
geschetst, niet mogelijk, terwijl eventuele uitbreiding van het aantal stand
plaatsan op de bestaande centra niet mogelijk is, zonder de tijdrovende procedure
van het wijzigen van de gemeenschappelijke regieling zelf. De wijziging, die het
algemeen bestuur thans voorstaat, komt hieraan tegemoet.
Ons college heeft, bij schrijven van 14 februari 1977, gereageerd op de
voorgestelde wijziging. Met name ziet zij het als een probleem te komen tot een
zeer dure voorziening, zoals het maken van een kamp voor 2 tot 5 woonwagens is.
Te meer daar in onze gemeente do laatste 10 jaren praktisch nooit een woon
wagen een standplaats heeft ingemomen.
Samengaan met een andere gemeente, b.v. Steenbergen of Halsteren, is voor
onze gemeente meer acceptabel. Het algemeen bestuur van Woonwagencentra deelt ono
bij brief van 4 maart 1977 mede, dat "wanneer voor een bepaalde gemeente geen
belangstelling van de kant van de woonwagenbewoners bestaat, in die gemeön'ce
ook geen standplaatsen behoeven te worden ingericht'
Dit zal naar de mening van het bestuur geen goed begin zijn om naar integratie
te werken.