b. ten aanzien van het krat artikel 8 van de Beschikking geldelijke steun
eigen woningen 1968 danwel artikel 7 van de Beschikking geldelijke steun
eigen woningen 1975 toepassing heeft gevonden.
Artikel 7.
Een aanvrage om een bijdrage moet uiterlijk ê£n maand na de datum van ont
ruiming van het krot, bij burgemeester en wethouders worden ingediend.
Hoofdstuk III. Algemene bepalingen.
Artikel 8^
De bijdragen, bedoeld in deze verordening, worden slechts verleend, indien
de gemeente verzekerd is van een bijdrage uit 's rijks kas op grond van de
Beschikking geldelijke steun bewoners bij woningverbetering en krotontruiming.
Hoofdstuk IV. Slot- en overgangsbepalingen
Artikel 9^_
1. Deze verordening kan worden aangehaald als Verordening geldelijke steun
bewoners bij woningverbetering en krotontruiming.
2. Deze verordening wordt geacht in werking te zijn getreden met ingang van
1 juli 1975.
Artikel 10.
1. De Verordening doorstroming, krotontruiming en woningverbetering, vastge
steld op 16 januari 197D wordt ingetrokken.
2. Ten aanzien van woningen, niet zijnde een krot die vöór 1 juli 1975 zijn
ontruimd, blijft het bepaalde in hoofdstuk I van de Verordening doorstro
ming, krotontruiming en woningverbetering van toepassing.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
vc.n de raad der gemeente Nieuw—Vossemeer van
14 oktober 1975.
De wethouder, De voorzitter,