GEMEENTE N I E U W-V O S S E M E E R
::-.r
De raad der gemeente Nieuw—Vossemeer;
gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 7
april 1975;
gelet op artikel 170 en 228 der gemeentewet;
besluit:
ter voldoening in de behoefte aan kasmiddelen per 21 april 1975 van de n.v.
Bank voor Nederlandsche Gemeenten te 1s-Gravenhage te lenen een bedrag van
250.000,tegen een rente van 6§-°/o per jaar, onder de navolgende bepa
lingen en bedingen;
a) de gemeente is verplicht het bedrag van lening terug te betalen op 21
juli 1975 onder gelijktijdige voldoening van de over het bedrag verschul
digde rente;
b) de gemeente machtigt de bank op de vervaldatum van rente en aflossing de
rekening van de gemeente voor de verschuldigde bedragen te belasten;
c) de gemeente neemt de verplichting op zich om op eerste aanvraag van de
bank aan deze, ter vervanging van deze schuldbekentenis, promessen ter
hand te stellen tot een maximum van bovengenoemd verschuldigd bedrag,
met eenzelfde vervaldag als de schuldbekentenis, voorzover de gemeente
niet reeds uit anderen hoofde aan de bank het voor hem totaal discontfïbel
te verklaren bedrag heeft afgegeven of toegezegd.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van de raad der gemeente Nieuw-Vossemeer van
15 april 1975,
de wethouder, de voorzitter,