GEMEENTE NIEUW-VOSSEMEER.
bijlage 7
De raad der gemeente Nieuw-Vossemeer;
gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 25
februari 1975;
gelet op artikel 170 en 228 der gemeentewet;
besluit:
ter voldoening in de behoefte aan kasmiddelen per 14 februari 1975 van de
n.v. Bank voor Nederlandsche Gemeenten te 1s-Gravenhage te lenen een bedrag
van 1.800.000,tegen een rente van 8°/o per jaar, onder de navolgende be
palingen en bedingen;
a) de gemeente is verplicht het bedrag van lening terug te betalen op 14 mei
1975 onder gelijktijdige voldoening van de over het bedrag verschuldigde
rente;
b) de gemeente machtigt de bank op de vervaldatum van rente en aflossing de
rekening van de gemeente voor de verschuldigde bedrogen te belasten;
c) de gemeente neemt de verplichting op zich om op eerste aanvraag van de bonk
aan deze, ter vervanging van deze schuldbekentenis, promessen ter hand te
stellen tot een maximum van bovengenoemd verschuldigd bedrag, met eenzelfde
vervaldag als de schuldbekentenis, voorzover de gemeente niet reeds uit
anderen hoofde aan de bank het voor hem totaal discontabel te verklaren be
drag heeft afgegeven of toegezegd.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van de raad der gemeente Nieuw-Vossemeer,
van 4 maart 1975.
de wethouder, de voorzitter