a
III. te bepalen, dat de volgende procedure-regels in acht moeten
worden genomen:
1. het verzoek om een aanlegvergunning moet in drievoud bij
burgemeester en wethouders worden ingediend.
2» de aanvraag moet in elk geval inhouden:
a) naam en adres van de aanvrager?
b) de plaats, aard en bet doel van bet werk, geen bouwwerk
zijnde, en/of werkzaamheid.
3. bij de aanvraag moeten de nodige tekeningen en andere gegevens
in drievoud worden overgelegd voor een beoordeling daarvan,
onder meer:
a) een tekening van het werk, geen bouwwerk zijnde, en/of werk
zaamheid, op een schaal van tenminste 1:100, waarop tevens de
aard van de gebruikte materialen en de maten In moeten zijn
aangegeven resp, ingeschreven.
b) een tekening op schaal van tenminste 1:2500, die de situatie
van het terrein aangeeft, waarop het werk, geen bouwwerk
zijnde en/of werkzaamheid, zal worden uitgevoerd en de aan
grenzende terreinen, de op deze terreinen voorkomende be
bouwing en de kadastrale grenzen, sectie en nummers van de
opgenomen percelen»
4. do aanvraag moet door de aanvrager zijn ondertekend.
5. de aanlegvergunning wordt zo spoedig mogelijk aan de aanvrager
uitgereikt; een stel van de overgelegde bescheiden wordt door
de gemeentesecretarie gewaarmerkt en. aan deze vergunning gehecht»
IV» afschrift van dit besluit zal worden gezonden aan de inspecteur
van do ruimtelijke ordening te Eindhoven, de hoofdingenieur-
directeur van de volkshuisvesting en ruimtelijke ordening in
de provincie Noord-Brabant to 'a-Hertogenbosch, de commissie
voor de gemeentelijke plannen, de hootdingenieur-directeur
van het Staatsbosbeheer te s-Hertogenbosch on aan de provin
ciale planologische commissie.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van. de raad voornoemd van 10 juni 1975
De wethouder, De voorzitter,
4