q& overtreding van een belastingverordening ken voor zover het geen
betreft» waervan .da sancti® i© geregeld in d® Algemene ÜSet
in ofeijking van het bepaalde in artikel 195 van de gemeentewet aleehta op
«en geldboete worden gesteld tot een is«xi«sal© hoogt® wen 250,—
Artikel 12 0© verschillende watten, ualkw voor da heffing an de invordering ven de
goaeentelijke belastingen ven beleng zijn kannen oen tweetal soorten van
ovordracht"van bevoegdheden, te «aten
dö ©fgeieids delegatie ®n
dg direct® dolagatia.
Ds aarsts soort delegatie aardt aangetroffen in artikel 282 der gamaente-
;.t oit artikel varlesnt de raad fcevoegdhoid bij belaatingverordening
üuróoeeaater an wethouders te machtigen hun bevoegdheden met betrekking
tol' ds uitvoering van enige wettelijke bepalingen betreffende de
naffing en invordering van gemeentel!jke oelestlngsn over te dragen aan
één of naar g»t8int«-B®tt#n#ren
Rist nadruk wordt hior opgemerkt dot deze overdracht uitsluitend betrekking
haart op bevoegdheden ««et betrekking tot dn uitvoering van wettelijke
bepalingen, zoal» hat vaststellen van da asnsleg, hot ambtshalve ver-
minderen van een onjuiste aanslag» het beslissen op verzoeken om ontheffing
vermindering enz., hat varlenan van uüstel van betaling etc.
Lr tika
Inrevolge artikel 52 von do Aigosrene Set kon door of vanwsge onze Sinister»
(Laast do raad) oorden oepaald dat de verplichtingen neergelegd in de
artikw'en 47 50 en 51 **n da Algemene «at, ook jegens andere ambtenaren
van de gemeentelijke belastingen werden nagekomen. Uit de woorden,
«vmnsaoa de mad" volgt dat da raad burgemeester en wethouders kon
aanwijzen os tot bcdoolda ar.nwijzing over to geen. Een en ander ie
geregeld in artikel 13 vso dei verordening. Do genoemd® artikelen ven da
Algemene Set inzeke RiJkebelaetingen hebban betrekking op het nakomen
ven verplichtingen ten dienste van de bolEstingheffing, zoele hot
verstrekken van inlichtingen» het verlenen van inzage in boeken en
bescheiden, alsmede het vsrlonon van toogong tot gebouwen en grond.
Artikel 14 Dit artikel opent de mogelijkheid oa d® verordening el voor het
eerste belastingjaar in «arking te do.n traden. In dit gevel verkrijgen
da daartce aangewezen nmbtenaron de bevoegdheid om voor eventuele
plaatsopneming roods voor het eerst® belastingjeer de toegang tot
hat onrcerand goed sf te doingen.
Zoals rasds in an® voorstel ven 3 oktober 1973 ie opgemerkt ligt het
in het voornemen zo epoedig «ogeiijk met de voorbereiding van de
nieuwe belastingen - vaotstailen waarde eto - aan «enveng te maken.
On iètn radon is het wenevJt^Jk dat de verordening reede op 1 Jemiejf
19?é in werking treedt, hoewel het eerste balestingjeer earet op
1 Januari 1975 aanvangt.