Bijlage 10
De raad der gemeente Nieuw-Vossemeer
overwegende, dat het wenselijk is voor het z.g. buitengebied
een bestemmingsplan vast te stellen;
dat het noodzakelijk is te voorkomen, dat de reeds aanwezige
landschappelijke, natuurwetenschappelijke of cultuurhistorische
waarden van dit gebied verminderen;
dat het daarom noodzakelijk is dit gebied vanaf de inwerking-
treding van dit besluit tot het moment waarop het bestemmings
plan rechtskracht heeft gekregen, te beschermen om te voorkomen,
dat dit gebied minder geschikt wordt voor de daaraan bij liet
plan te geven bestemmingen;
gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 26
september 1973;
gelet op artikel 21, lid 1, van de ¥et op de Ruimtelijke
ordening;
besluit
I. te verklaren, dat voor het grondgebied van de gemeente,
met uitzondering van het gebied, dat met een rode lijn
is omgeven, een bestemmingsplan wordt voorbereid.
II. te bepalen dat het verboden is binnen het onder I bedoelde
gebied zonder of in afwijking van een schriftelijke
vergunning van burgemeester en wethouders aanlegvergunning
de volgende werken, geen bouwwerken zijnde of werkzaam
heden uit te voeren, te doen of laten uitvoeren:
1. a) ontginning, bodem verlagen of afgraven, ophogen of egali
seren
b; het aanleggen van oppervlakteverhardingen;
c) het opslaan van motorvoertuigen of aanhangwagenswelke
bruikbaar en niet aan hun bestemming onttrokken zijn;
d) het opslaan van onbruikbare of althans aan hun oor
spronkelijke bestemming onttrokken voorwerpen en
materialen, waaronder in elk geval moeten worden ver
staan, onderdelen van motorrijtuigen of aanhangwagens
oude metalen, vuilnis- en afvalstoffen;
e) het aanleggen en/of inrichten van kampeerterreinen ten
dienste van een kampeerbedrijfdat zich ten doel stelt
gelegenheid te bieden tot het genieten van recreatief
buitenverblijf, waarbij wordt overnacht in een tent,
caravan, living-van, kampeerauto of ander voertuig,
tenthuisjes en/of karnpeerhuis jeswaaronder mede zomer
huisjes worden verstaan;
f) werken, voor zover geen bouwwerken zijnde, of werkzaam
heden strekkende tot de oprichting of plaatsing van
tenten, caravans, living-vanskampeerauto's of andere
al dan niet aan hun bestemming onttrokken voer- en vaar
tuigen en tenthuisjes waaronder mede zomerhuisjes worden
verstaan
g) werken of werkzaamheden, welke wijzigingen van de water
huishouding of de waterstand beogen of tengevolge hebben.
h) de hierna vermelde werken, voorzo" r geen bouwerken
zijnde en werkzaamheden, indien en voorzover zij verband
houden met het aanleggen en inrichten van standplaatsen
voor tenten, caravans, living-vans, kampeerauto's of
andere al dan niet aan hun bestemming onttrokken voer
en vaartuigen, tenthuisjes en/of karnpeerhuisjeswaaronder
mede zomerhuisjes worden verstaan: