3. Het algemeen bestuur regelt de gevolgen van de uittreding, waaronder be
grepen de betaling van een uittredingssom, welke gerelateerd wordt aan de
jaarlijkse, door de uittredende deelnemer betaalde bijdrage ex-artikel 26,
1e lid, sub b.
4, Indien een waterschap de deelneming moet beëindigen omdat het wordt opge
heven of zijn reglement deelneming niet langer toelaat, regelt het alge
meen bestuur de gevolgen van deze uittreding in overleg met gedeputeerde
staten.
Artikel 34
De regeling kon slechts gewijzigd worden door eensluitende besluiten van de
gemeenteraden c.q. algemene besturen van tenminste twee derde deel van het
aantal deelnemers.
Artikel 35
1. De regeling wordt bij besluit van het algemeen bestuur opgeheven, wanneer
de raden c.q. algemene besturen van tenminste twee derde deel van het aan
tal deelnemers daartoe hebben besloten.
2. De opheffing gaat niet eerder in dan op de dag volgende op die, waarop het
goedgekeurde besluit van het algemeen bestuur in de Nederlandse Staats
courant is gepubliceerd.
3. In geval van opheffing van de regeling besluit het algemeen bestuur tot
liquidatie en stelt daarvoor de nodige regelen. Hierbij kan van de bepa
lingen van deze regeling worden afgeweken.
4. Het liquidatie-plan wordt door het algemeen bestuur, de deelnemers gehoGrd,
vastgesteld. Op de liquidatie-rekening is het bepaalde ten aanzien van de
jaarlijkse rekening zoveel mogelijk van toepassing.
5. Zonodig blijven de organen van het samenwerkingsverband ook na het tijdstip
van de opheffing in functie totdat de liquidatie is beëindigd.
Hoofdstuk XIII
Overgangs- en slotbepalingen
Artikel 36
1. Burgemeester en wethouders van Breda zenden de regelingen ter goedkeuring
aan gedeputeerde staten en dragen zorg voor de in artikel 8 van de wet
gemeenschappelijke regelingen bedoelde bekendmakingen. De daaraan verbon
den kosten komen ten laste van het samenwerkingsverband.
2. De regeling treedt in werking met ingang van de eerste dag van de maand vol
gende op die waarin de in het eerste lid bedoelde bekendmaking heeft plaats
gehad.
3. De regeling wordt aangegaan voor onbepaalde tijd.
Artikel 37
1. De eerste vergadering van het algemeen bestuur heeft binnen twee maanden
na het inwerking treden van de regeling plaats. Deze vergadering wordt
op de wijze als is voorgeschreven in artikel 12 uitgeschreven door het
door de gemeente Breda aangewezen lid, dat in die vergadering tevens als
voorzitter optreedt.
2. Het algemeen bestuur kiest in die vergadering een dagelijks bestuur.
3. De begroting wordt voor de eerste maal vastgesteld voor de periode, aan
vangende op de dag, waarop de regeling in werking treedt, tot het einde
van het kalenderjaar, danwel wanneer het algemeen bestuur dit bepaalt, tot
het einde van het volgende kalenderjaar.
4. De eerste rekening heeft betrekking op de periode, waarvoor de eerste
begroting geldt.