- 6 -
3. Hij tekent de stukken, die van het algemeen bestuur en van het dagelijks
bestuur uitgaan.
4. Hij vertegenwoordigt het samenwerkingsverband in en buiten rechte.
Indien hij behoort tot het bestuur van een deelnemer, die partij is in
een geding, waarbij het samenwerkingsverband betrokken is, oefent degene
die de voorzitter overeenkomstig het bepaalde in artikel 21, 6e lid vervangt
deze bevoegdheid uit.
5. Hij, die het samenwerkingsverband overeenkomstig het vorige lid vertegenwoor
digt, kan die vertegenwoordiging aan een door hem aan te wijzen gemachtigde
toevertrouwen.
Hoofdstuk VII
De secretaris
Artikel 23
1. Het algemeen bestuur wijst uit zijn leden een secretaris aan.
2. De secretaris staat het algemeen bestuur, het dagelijks bestuur en de voorzit
ter in alles wat de hun opgedragen taak aangaat, terzijde.
3. De secretaris zorgt voor:
a. het tijdig convoceren van de vergaderingen;
b. het samenstellen van een agenda in overleg met de voorzitter en de tij
dige toezending hiervan met de betreffende stukken aan de leden;
c. het laten tekenen van de presentielijst;
d. het opmaken van de notulen van de vergaderingen.
4. De secretaris wordt bij verhindering of ontstentenis vervangen op de wijze
door het algemeen bestuur te bepalen.
5. Alle stukken, die van het algemeen bestuur of het dagelijks bestuur uitgaan,
worden door de secretaris mede ondertekend.
6. De secretaris maakt voor zoveel nodig voor zijn werkzaamheden gebruik van
de diensten van een door burgemeester en wethouders van Breda aan te wijzen
afdeling ter secretarie van Breda.
Hoofdstuk VIII
Financiële bepalingen
Artikel 24
De financiële administratie en het kasbeheer van het samenwerkingsverband wor
den gevoerd door de ambtenaren van de door het algmeen bestuur aan te wijzen
gemeente; die ingevolge het bepaalde in artikel 127a der gemeentewet met deze
werkzaamheden voor die gemeente zijn belast. Zij zijn te dien aanzien recht
streeks verantwoording schuldig aan het dagelijks bestuur.
Begroting
Artikel 25
1. Het dagelijks bestuur maakt jaarlijks een ontwerp-begroting op. De ramingen
in dit ontwerp worden behoorlijk toegelicht.
2. De ontwerp-begroting wordt door het dagelijks bestuur vóór 1 juni toegezon
den aan elk der deelnemers, die binnen 2 maanden na de ontvangst ervan hun
eventuele opmerkingen dienaangaande ter kennis van het algemeen bestuur
kunnen brengen.
3. Na afloop van deze termijn, in ieder geval tenminste 3 maanden vóór de aan
vang van het jaar waarvoor de begroting moet dienen, wordt de ontwerp-be
groting door het algemeen bestuur vastgesteld.
4. Het dagelijks bestuur zendt de begroting binnen 14 dagen na de vaststelling
door het algemeen bestuur ter goedkeuring aan gedeputeerde staten alsmede
aan alle deelnemers. Aan gedeputeerde staten worden tevens toegezonden de
eventueel door een of meerdere deelnemers ingebrachte bezwaren en de be
schouwingen van het algemeen bestuur daaromtrent.
5. Van de goedkeuring geeft het dagelijks bestuur binnen één maand na de ont
vangst ervan kennis aan de deelnemers.
6. Het bepaalde in de leden 2 t/m 5 vindt voor zover mogelijk overeenkomstige
toepassing t.a.v. begrotingswijzigingen.