11
VOORSTEL TOT VASTSTELLING VAN DE BEGROTINGEN VOOR
HET JAAR 1971 (Boss7Ó7.552T)
A. STICHTING RECREATIE BE EENDRACHT
B. GEMEENTELIJK WONINGBEDRIJF
C. GEMEENTE~-BEGROT ING
De VOORZITTER zegt dat deze begrotingen in de com
missievergadering van onderzoek uitvoerig zijn be
sproken en stelt aan de orde;
A. De behandeling van de begroting van de stichting
recreatie de Eendracht. Deze begroting is volgens
mededeling van de VOORZITTER tevens behandeld in
het stichtingsbestuur, waarna, zonder hoofdelijke
stemmingwordt be sloten,de begroting van de recre
atiestichting "De Eendracht" voor het jaar 1971
vast te stellen op f.67.075,
B. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten,de
begroting van het gemeentelijk woningbedrijf voor
het jaar 1971 vast te stellen op f.103.662,90
voor inkomsten en uitgaven van de gewone dienst
en op f.82.202,54- voor de kapitaaldienst
C. Hierna volgt de hoofdstuksgewijze behandeling van
de gemeentebegroting 1971.
Met betrekking tot hoofdstuk IV en X dringt de
heer PERDAEMS aan op afschaffing van de baatbe
lasting voor watervoorziening en electriciteit
daar hij dit een discriminerende belasting vindt.
De VOORZITTER gaat na welke bedragen nog op de
staat L II zijn vermeld en brengt deze ter kennis
van de raad.
De VOORZITTER stelt dat bij intrekking van deze
baatbelasting hier andere inkomsten tegenover moeten
staan,of wel,dat het tekort dan op de begroting nog
groter wordt en licht uitvoerig toe de totstandkoming
destijds van deze baatbelastingen.
De VOORZITTER ziet dit voorstel somber in en
vraagt of het voorstel van de heer PERDAEMS wordt
ondersteund
De heer CLARIJS vindt het ook wel redeli jk,da.t
in het totaal beeld gezien, deze baatbelastingen
verdwijnen en ook de heer HOMMEL is deze mening toe
gedaan
Na een uitvoerige bespreking wordt met algemene
stemmen besloten, met ingamg van 1 januari 1971 in
te trekken;
I. de VERORDENING op de heffing en invordering van
een baatbelasting in de kosten van aansluiting
op het electriciteitsnet van het gebied Rolaf-
Pelsendijk,vastgesteld bij raadsbesluit van
14 maart 1957 en sindsdien gewijzigd.
II. de VERORDENING op de heffing en invordering van
een baatbelasting in de kosten van aansluiting
op het electriciteitsnet van het gebied Molenweg
vastgesteld bij raadsbesluit van 28 november 1958
en sindsdien gewijzigd.
III.de VERORDENING op de heffing en invordering van
een baatbelasting in de kosten van aansluiting
op het electriciteitsnet van het gebied Platte-
wegvastgesteld bij raadsbesluit van 28 november
1958 en sindsdien gewijzigd.
IV. de VERORDENING op de heffing en invordering van
een baatbelasting in de kosten van aansluiting
op het electriciteitsnet van het gebied Veerweg
vastgesteld bij raadsbesluit van 27 juni 1964 en
sindsdien gewijzigd.