2
VERKIEZING WETHOUDERSDoss2.07526
De VOORZITTER vraagt of iemand omtrent dit agendapunt
het woord verlangt.Dit blijkt niet het geval te zijn,
waarna de VOORZITTER zegt dat voor deze verkiezing
schriftelijk dient te worden gestemd.
Nadat de raadsleden van stembriefjes zijn voorzien,
worden door de VOORZITTER als stemopnemers aangewezen
de heren VAN DEN HOOGEN en RIJNBERG en wordt overgegaan
tot de eerste stemming.
Blijkens het stembureau werden hierbij uitgebracht
6 geldige stemmen, waarvan 5 stemmen op de heer KOOIEN
en 1 stem blanco,zodat de heer C.KOOIEN werd gekozen
als wethouder.
De VOORZITTER zegt dat de heer C.KOOLEN van zijn be
noeming schriftelijk zal worden berichtwaarna deze
binnen 3 dagen kan mededelen of hij zijn benoeming
aanneemt
Hierna worden de stembriefjes door de VOORZITTER
vernietigd
De heer C.KOOLEN spreekt dan zijn dank uit voor het
in hem gestelde vertrouwen en zegt dat er in de komende
4 jaar een zware taak op hem rust,daar er in Nieuw-
Vossemeer grote dingen op het spel staan.Hij hoopt
evenwel zijn beste krachten te kunnen geven,vooral
in het dagelijksbestuur der gemeente en dankt de raad
nogmaals in het in hem gestelde vertrouwen.
Hierna wordt overgegaan tot het kiezen van nog een
wethouder
Overgaande tot de verkiezing van nog een wethouder,
worden uitgebracht 6 geldige stemmen,waarvan 4 stem
men op de heer A.W.G.VAN DEN HOOGEN on 2 stemmen blanco,
zodat de heer A.W.G.VAN DEN HOOGEN werd gekozen als
wethouder.
De VOORZITTER zegt dat ook de heer VAN DEN HOOGEN
schriftelijk zal worden bericht van zijn benoeming,
waarna deze dan eveneens binnen 3 dagen kan berichten
dat hij zijn benoeming aanneemt.
Volgens voorschrift worden hierna de stembriefjes
wedoom door de VOORZITTER vernietigd.
Dg heer VAN DEN HOOGEN hoopt,het in hem gestelde
vertrouwen waar te kunnen maken en is verheugd deel
uit te maken van het constructieve helcid der gemeente
De heer VAN DEN HOOGEN is er zich van bewust dat men
niet zo zeer precies moet handelen naar de letter van
wet,maar meer naar de geest die zo'nwwet of voorschrift
uitademt. Hij wil uiteraard de wet hanteren maar deze
zo menselijk mogelijk uitleggen.
Ondanks enkele moeilijkheden,stelt de heer VAN DEN
HOOGEN dat men niet door gespletenheid maar met een
heid moet opereren en samenwerken.
De heer CLARIJS vindt het leuk dat de heer VAN DEN
HOOGEN zo voor de dag komt,maar vindt het jammer,dat
hij in de periode vóór de verkiezing van de wethouder,
zo'n achterbaks gedoe heeft gedaan.Dit was volgens do
heer CLARIJS niet nodig geweest,en vraagt zich af
waarom hij hem en do heer PERDAEM3 heeft laten zitten.
Dit is voor de heer CLARIJS onbegrijpelijk geweest,
te meer,daar de lijst VAN DEN HOOGEN de lijst was van
de z.g.openheid