De VOORZITTER wil dan ook in dorpsbelang bekend maken de berekening en voorwaarden welke zullen gelx- den voor de aankoop van een woningwetwoning Op een vraag van de lieer VAN 10ENH0UT deelt de VOORZITTER mededatwaneer op de secretarie een klacht binnenkomtdeze klacht door bouwtoezicht wordt gecon troleerd, en dat,wanneer blijkt dat dit juist en voor rekening van de gemeente is,dit ook wordt hersteld. Wel vindt de VOORZITTER dat er mensen blijken te zijn die hun huurwoning uitleven,wat natuurlijk een kwalijke zaak is. De heer VAN LOENHOÜT zag graag een commissie die regelmatig de woningen bezocht en controleerde. De heer PERDAEMS raerkt op dat de heer den Boer van bouwtoezicht toch de aangewezen man is om de binnen gekomen klachten te controleren,waarop de VOORZITTER zegt dat deze ambtenaar dan ook geval tot geval gaat bekijken. De VOORZITTER begrijpt wel wat of de heer VAN LOmN- HOUT bedoelt, n.m.de woningen regelmatig te gaan be kijken, zonder dat er klachten binnenkomeniets wat men in grote gemeenten heeft,n.m.een z.g.maatschappelijk werker belast met toezicht op de bewoning van huur woningen, wat natuurlijk een kostelijke zaak is. De VOORZITTER stelt dat men moet trachten het gemeentelijk woningpaket zo klein mogelijk te houden, en daarnaast de verhuurde woningen zo goed mogelijk te onderhouden. De loco-secretaris stelt nog dat alle klachten^voor onderhoud die op de secretarie gemeld worden,altijd worden doorgegeven met een bon aan de aannemer Wanneer die nalatig blijft,daar is de huurder zoxf voor bij,die de bon zelf kan afgeven. Maar dat iemand is afgewezen voor zulk onderhouddaar is geen sprake van. Dat er mensen zijn,die nalatig zijn in^het aan gifte doen van gebreken,dat kan men natuurlijk niet voorkomen,aldus de loco-secfetaris De VOORZITTER merkt nog op dat een aantal mensen niet goed weet wat onder! onderhoud voor de gemeente wordt verstaan.. Op een vraag van de heer VAN LOENHOUT zegt de loco- secretaris dat de vernieuwing van de woningen in de Julianastraat op het programma staat,doch dat dit f.120.000,gaat kosten waarvoor momenteel geen financieringsmiddelen zijn. Voor wat het gezegde van de heer VAN LOENHOUT be treft met betrekking tot het gaan bewonen van parti culiere woningen in de nieuwe wijk door vreemden op leeftijd,atelt de VOORZITTER dat onze gemeente zich heeft gesteldnaast recreatie-gemeenteook woon—ge meente te willen zijn,wat ook bij de overheid weer klank heeft gevonden.Daarnaast zou het natuurlijk ook heel goed zijn jonge gezinnen hier te krijgen, maar dan moet hiervoor ook werkgelegenheid zijn en het gemeentebstuur zal in ieder geval alle mogelijke moeite doen,mensen te vinden die bereid zijn een bedrijfje of kleine industrie te vestigen om zodoende mannelijke beroepsbevolking tewerk te stellen.Dit is een streven van onze gemeente,maar geen gemakkelijk strevenaldus de VOORZITTER,hoewel hiervoor van diverse kanten belangstelling bestaat.

Raadsnotulen

Nieuw-Vossemeer: 1957-1996 | 1967 | | pagina 86