Bij de totstandkoning van het meerjarig regionaal woningbouw
project leefde de gedachte, dat het mogelijk zou zijn naast
het te verwezenlijken aandaal van 28 woningen, waarvan 18 woningwet
woningen en 10 dure premiewoningen, aanvullende contingenten
van gemeentelijke verhuurwoningen te kunnen bouwen. Deze gedachte
was ook gewettigd, omdat de toescheiding van 18 gemeentelijke
woningwetwoningen voor een tijdvak van 4'jaren, dus met een ge
middelde van ongeveer Ai woning per jaar, veel te laag was en in
geen verhouding stond tot het werkelijk aantal gebouwde gemeen
telijke "verhuurwoningen in het daaraanvoorafgaande driejarig
tijdvak. Terwijl daarenboven ook in geen enkel opzicht rekening was
gehouden met de specifiek voor deze gemeente van belangzijnde
factoren van krotopruiming en sanering.
Het tegendeel is echter waar gebleken i In 1966 kón in het
geheel geen eigenwoningcontingent worden verkregen, zelfs geen
vervangende bouwcontingent voor krotopruiming en sanering.
Het Provinciaal Bestuur bleef doof voor ónze toch wel zeer zwaar
wichtige en reëel gemotiveerde verzoeken. Het gevolg hiervan is,
dat op dit moment geen enkele gemeentelijke verhuurwoning in
aanbouw is, niettegenstaande op de gemeentelijke lijst van
woningzoekenden thans wederom ettelijke potentiele candidaten
zijn ingeschreven.
Voor het lopende jaar is een betreurenswaardig minimaal
klein bouwcontingent van 4 woningwetverhuurwoningen aan deze
gemeente toegewezen, liefst zeer aanmerkelijk minder, dan in de
voorafgaande jaren en ondanks het feit, dat het door de minister aan
de provincie ter verdeling aan de gemeenten, toegewezen contingent
aanmerkelijk hoger is, dan in 1966. Voor krotopruiming en sanering
wordt ook dit jaar wederom geen contingent aan onze gemeente
beschikbaar gesteld. Men zou zich af kunnen vragen of wij onze
trouwlustige jongeren in het vervolg dan maar móeten verwijzen
naar onze groetere buurgemeenten met het gevolg, dat wij terug
vallen naar een situatie van enckele jaren gelden. Wij waren zo
verheugd, dat wij speciaal onze jongeren hier konden houden en
daardoor aan de vergrijzing van"onze bevolkingssamenstelling
een halt kon worden toegeroepen.
Zouden wij de krotopruiming en sanering in het vervolg dan ook
maar achterwege moeten laten met alle gevolgen van dien? Dat
zou voor ons gemeentebestuur inderdaad de consequentie kunnen
zijn van dit voor onze gemeente onbegrijpelijk provinciaal
bouwtoewijzigingsbeleid. V/ij willen echter nog blijven hopen dat
het Provinciaal bestuur deze keer wel zal zwichten voor ons
gemotiveerd aandringen. Zo niet, dan ben ik van mening, dat wij
recht hebben te weten, wat men van overheidswege dan wel met
Nieuw-Vossemeer van plan is.
Aan het Architectenbureau Lammers is vergunning verleend
voor de bouw van 15 zogenaamde huurkoopwoningen, terwijl aan de
Pa.Stok eveneens bouwvergunning is verleend voor de bouw van
een drietal bungalows. In onze gemeente met haar voor het meren
deel loontrekkende bevolking is en blijft jaarlijks de'bouw van
gemeentelijke verhuurwoningen echter een dringende eis.
ONDERWIJS;
Ook ten behoeve van een verdere ontplooiing van het plaatselijk
kleuter- gewoon- en voortgezet lager onderwijs zijn door Uw Raad
in de loop van het verslagjaar belangrijke besluiten en besi i «"--"""vn
genomen, gepaardgaande met aanmerkelijke kapitaalsinvesteringen.
De verhoging van de leerlingenbedragen met respectievelijk 15,
en 30,getuigen van een juist beleid.
De musikale vorming op de scholen is ook in 1966 een groot
succes gebleken. Deze musikale vorming zou een zeer geschikt uit
gangspunt kunnen zijn voor de vestiging van een muziekschool
dependance in onze gemeente.