Een extra woord van dajik wil ik richten tot U, mijnheer.' de loco-secretaris, die op zo'n voorbeeldige en enthousiaste wijze mij steeds terzijde hebt gestaan en ook menig vrij uurtje hebt opgeofferd om aan het bestuurlijk beleid die richting te geven, die wenselijk of noodzakelijk was. Uw levendig e enthousiasme en Uw grote belangstelling hebben mijn taak in deze gemeente zeer aanmerkelijk verlicht en gestimuleerd. Gij bent in mijn ogen het voorbeeld van ons beider devies, gedachtig Vondels gevleugelde woorden "Indien het gemeen U roept, bezorght het als uw eigen". Lof en dank wil ik brengen aan het bestuur van de gemeen telijke recreatiestichting voor de voortreffelijke initiatievon en voor de grote draagkracht, die steeds weer van het bestuur is uitgegaan om aan het bestaand recreatie object een solide en gezonde basis te geven. De initiatieven om ook te werken aan de winterrecreatie en aan de vrijetijds besteding van de Nieuw-Vossemeerse jeugd hebben mij steeds zeer aangenaam getroffen. Met vreugde zal ik steeds terugdenken aan de prettige en vriendschappelijke contacten met de vice-voorzitter en de overige bestuursleden. Ik weet,dat de voortzetting van het recreatief bestuursbeleid in veilige en goede handen berust bij de vice-voorzitter Het personeel van de vrijwillige brandweer, de politie en de reserve-politie hebben zich steeds op een voorbeeldige wijze van hun taak gekweten. Ik ben de heren zeer erkentelijk voor de medewerking, die ik van hen steeds heb mogen ontvangen; voor het vertrouwen, dat aan mij is gegeven en voor de vriendelijkheid, die ik bij onderlinge contacten steeds heb mogen ondervinden. Dank aan hen, aan wie de geestelijke belangen van de bevolking zijn toevertrouwd, dank aan Kerk- en Schoolbestuur, aan de Eerwaarde Zusters, wier prettige contacten wij slechts node zullen missen, dank aan het Polderbestuur, aan het Wit Gele Kruis, de dokter en de schoolgezondheidszorg, aan het onderwijzend personeel en aan de verenigingsbesturen, aan het maatschappelijk werk en aan het bedrijfsleven Kortom.mijn respect en dank wil ik brengen aan al onze ingezetenen, die zich hebben beijverd en nog beijveren om het gemeenschapsleven, het plaatselijk verenigings- en organisatie- leven en het maatschappelijk charitatief werk zo belangeloos met hart en ziel te dienen.

Raadsnotulen

Nieuw-Vossemeer: 1957-1996 | 1967 | | pagina 24