12. v Na verdere hoofdstuksgewijze behandeling bespreektde VOORZITTER nog diverse subsidiesdie ook in de begroting zijn opgenomen en zegt dat de plaatselijke subsidiesdie ook in de begroting zijn opgenomenzoveel mogelijk zijn aangepast aan die van 1964,zoa.ls die in de sub$idie--en begrotingscommissie zijn besproken. Bij de behandeling van de plaatselijke subsidies wil de VOORZITTER in do toekomst in het college nog wel bespreken straks een mogelijke bijdrage te verlenen aan het Unifor menfonds voor de Drumband van de fanfare. De VOORZITTER had liever gezien dat er voor de fanfare, en voor de drumband en voor de fanfare, 2 afzonderlijke subsidie-aanvragen zouden zijn gedaan,en geeft het bestuur in overwegingdeze aanvragen voortaan afzonderlijk in te dienen. De heer SWAGEMAKERS vind dit ook Juister. Op voorstel van de heren SWAGEMAKERS en ROOZEBOOMwordt na hoofdelijke stemming, met 5 stemmen voor en ij stem tegen (tegen de heer VAN MEEL) besloten,de subsidie 1965 voor de fanfare Semper-Crescendo t.b.v.dé drumband te verhogen met f.200,--. Hierna wordt zonder hoofdelijke stemming de gemeente begroting 1965 vastgesteld met een inkomsten en uitgaven op de gewone dienst van f.795113,12, de inkomsten van de kapitaaldienst op f.3.122991,57 en de uitgaven Van de kapitaaldienst op f .3.611855,72* RONDVRAAG De heer PREE vraagt hoe of Burgemeester en Wethouders staan tegenover verhuur van bejaardenwoningen aan bejaar den uit andere gemeente of aan jonggehuwden uit de gemeente. De VOORZITTER belicht hoe of de bejaardenwoningen tot stand zijn gekomen en dat straks in de gemeente 20 bejaftr- denwoningen zullen zijn,die zullen voldoen aan de regionale behoefte van de bejaarden. De VOORZITTER stelt dat Burgemeester en Wethouders aller eerst de plaatselijke behoefte van de bejaarden voorrang moet geven en dat daarna de regionale behoefte aan de beurt komt,en dat het zo ook is gebeurd met de toewijzing van de laatste 8 bejaardenwoningen De VOORZITTER vindt het ook wel verleidelijk,om deze woningen,toe te wijzen ^an jonge gezinnen,doch,gezien de plicht van Burgemeester en Wethoudersook voor de streek- behoefte van bejaarden,in regionaal verbandmocht Burge meester en Wethouders niet anders doen dan deze woningen toewijzen aan be ja' rden,wel uit'.andere gemeenten,maar kerkelijk en regionaal behorende bij Vossemeer. De heer PREE had dit antwoord van de VOORZITTER verwacht, doch heeft wel gezien dat er nogal moeilijkheden zijn bij het toewijzen van woningen,en stelt voor, een advies-r vommissie'in het leven te roepen. De VOORZITTER stelt dat zulk een sommissie hier niet is, doch dat hier wel een sommissie is die in actie moet komen bij het vorderen van woonruimte ,maarvde Voorzitter hoopt dat dit niet nodig zal zijn. De VOORZITTER staat wel achter een adviescommissie doch stelt dat zo'n commissie in een grote gemeente wel juist werkt,doch in een kleine gemeente als de onze,komt het toewijzen van woningen te weinig voor. De VOORZITTER zegt,mocht men zo'n adviescommissie in stellen,deze samen te stellen buiten het politieke vlak, bestaande uit tenminste 7 leden. J:, iïW}#

Raadsnotulen

Nieuw-Vossemeer: 1957-1996 | 1964 | | pagina 51