222 De VOORZITTER zegt dat dit ook geen bezwaar zou zijn,als tevoren reeds vaststond met welke eigenaren de gemeente straks moet gaan praten,maar dat zou nu betekenendat de eigenaren van de grondenwaarop straks de keuze niet zal vallen en wat op het ogenblik nog niet bekend is,ook al een commissie zouden moeten gaan benoemen, De VOORZITTER zegt dat het er nu alleen nog maar om gaat dat in de twee begrotingssommen,die de Grond-Mij straks aan de gemeente gaat verstrekken,een cijfer is vercalculeerd dat betrekking heeft op de schadeloosstelling,dat de taxatie van deze schadeloosstelling plaatsvindt door een naar de smaak van de raad objectieve schattingscommissie en dat het verder nog geen zin heeft om nu al met partijen in nauw contact te treden. De VOORZITTER zegt dat het best zou kunnen zijn,wan neer men straks deze cijfers krijgt,dat de raad van mening is dat deze cijfers hanteerbaar zijn en dat deze een behoorlijke onderhandelingen-basis vormen voor een gesprek met de belang hebbenden zonder dat er nadien nog eens een taxatiecommissie wordt benoemd. De VOORZITTER zegt dat deze voorgestelde commissie ook regel matig taxeert voor de waterstaat,het voordeel heeft dat ze van de streek is en niet het nadeel dat ze te dicht uit de buurt komt en dat deze commissie voor deze taak wel aanvaard baar is,n.m.objectieve schattingen te verrichten die verder nog geen enkele consequentie hebben,alleen dat men dan deze straks terugvindt in het totale bedrag van de kosten. De heer SWAGEMAKERS merkt nog op dat men in de buurt ook nog een taxateur heeft die regelmatig voor de grondkamer schattingen verrich t ,n.mde heer van Nieuwenhui j zen De VOORZITTER heeft deze naam ook horen vallenmaar was van mening dat deze persoon te dicht in de buurt zat,terwijl men bovendien 3 personen moet hebben en dat de voorgestelde com missie steeds als vaste commissie werkzaam is en dat deze heren bovendien weten van elkaar wat zij waard zijn. De VOORZITTER zegt dan dat niemand het idee moet krijgen dat hij hem of bij wie dan ook ten grondslag ligt hier nu eens uit te halen wat er inzit,want daar is de VOORZITTER helemaal niet voor en dat men oprecht van plan is om de des betreffende personen een zeer behoorlijke schadeloosstelling te geven,een schadeloosstelling waarop men recht heeft. De heer SWAGEMAKERS vraagt of het misschien mogelijk en wenselijk is bij deze commissie de heer van Nieuwenhuijzen nog bij te vragen,waarop de VOORZITTER zegt dat bij een com missie van vier altijd weer een vijfde persoon hoort. De heer MOORS acht de voorgestelde commissie van drie wel aanvaardbaar en zegt,wanneer men straks niet tot overeenstemT ming zou kunnen komen,men altijd nog kan terugvallen op een andere commissie. De heer EREE kan zich hiermede ook verenigen.

Raadsnotulen

Nieuw-Vossemeer: 1957-1996 | 1960 | | pagina 32