«r
77.
De VOORZITTER zegt dat met dit aanvullend beplantingsplan een
bedrag is gemoeid van f.5770,-.Hierin verleent de Commissie
van Overleg voor het Landschapsherstel (C.O.L.) een subsidie
van fc2500,maar dan moet dit werk zijn uitgevoerd vóór
1 mei 1958,Na aftrek van de subsidie ad.f.2500,-blijft nog
ten laste der gemeente een bedrag van f.5770,- - f.2500,-=
f.3270,-. De VOORZITTER merkt hierbij op dat dit de laatste
maal is dat vanwege de C.0.L„een subsidie wordt verleend,
onder voorwaarde dat het aanvullend plan wordt uitgevoerd in
overleg met het Staatsbosbeheer en deelt mede dat dit aanvul
lend beplantingsplan betrekking heeft op de Julianastraat-
A.M.de Jongstraat en een gedeelte van de Burg.Janssensstraat
en licht een en ander nader toe. Overeenkomstig het voorstel
van Burgemeester en Wethouders wordt zonder hoofdelijke stem
ming besloten tot uitvoering van een aanvullend beplanting
plan overeenkomstig het daarbij overgelegde plan van het
Staatsbosbeheer en wordt de le begrotingswijziging 1958 zonder
hoofdelijke stemming vastgesteld,overeenkomstig het concept
besluit.
XI. VOORSTEL TOT HET AATJftAAN VAN EEN GELDLENING,GROOT F.30P0.-
MET DE N.V.BANK VOOR NEDERLANDSE GEMEENTEN TE S-GRAVENHAGE
(Poss.07.352.7 nrs.172-229T
De VOORZITTER brengt ter kennis van de raad een schrijven van
1 februari 1958 van de N.V.Bank voor Nederlandse Gemeenten,
waarin deze een aanbieding doet voor een vaste lening uit de
opbengst van de eerste Nationale Woningbouwlening 1957,groot
f.3000,-,onder de voorwaarden dat deze lening wordt verstrekt
tegen een rente van 6% per jaar,met een looptijd van 25 jaren#
een aflossing in 20 gelijke jaarlijkse termijnen en als opne
mingsdatum 1 maart 1958.Hierna wordt zonder hoofdelijke stem
ming besloten met de N.V.Bank voor Nederlandse Gemeenten te
1s—Gravenhage aan te gaan een geldlening groot f.3000,-,vol
gens het concept-besluit en de daarbij behorende concept
overeenkomst van geldlening.
XII. VOORSTEL
a.TOT HET BOUWEN VAN 4 WONINGWETWONINGEN
bDE BOUW VAN DEZE WONINGEN ONDERHANDS AAN TE BESTEDEN.
De VOORZITTER zegt hieromtrent dat het de raad bekend is dat
aan het raadsbesluit van 29 oktober 1956 geen uitvoering meer
kan worden gegeven,daar geen goedkeuring is verkregen tot gun
ning van de bouw van de 16 woningwetwoningen voor 1957.Bij
schrijven van 15 januari 1958 nr.G.95515 hebben Gedeputeerde
Staten van Noord-Brabant medegedeelddat door deze gemeente
in 1958 voor 3 woningwetwoningen een aanvrage om subsidie kan
worden ingediend.De VOORZITTER zegt dat de bouwplannen voor da
16 woningen zo waren opgesteld,dat in blokken van 2 woningen
zou worden gebouwd en dat daarom bij Gedeputeerde Staten en
de Provinciale Directie van Volkshuisvesting en Bouwnijverheid
is verzocht om in plaats van 3 woningen,4 woningen te mogen
bouwen.