-3- VI. VERZOEK VAN ME J PETRPERDAEMS ACHTERSTRAAT 20 EN VAN H, VAN SITTERT^ VOORSTRAAT 27 OM HERZIENING VAN"HËT "RAADSBESLUIT VAN 27 MAART 19557 TÖT~AANLÉG VAN EEN VERBINDINOS-VOETPAD TUSSEN VOOR-EN ACHTERSTRAAT. De VOORZITTER brengt de bezwaarschriften van Pa.Perdaems en H.van Sittert ter kennis van de raad en deelt mede dat deze inwoners bezwaren hebben tegen de aanleg van een tegelvoetpad tussen Voor-en Achterstraat, zoals op 27 maart 1956 door de raad is besloten. Dit pad was geprojecteerd over een strook grond,m eigendom bij de gemeente en tot heden in gebruik bij genoemde Perdaems en van Sittertaldus de VOORZITTER. Bij het nemen van het raadsbesluit op 27 maart 1956,had spreker twee dingen gemeend,n.m. dat de sloot pas een drietal jaren was gedempt (achteraf blijkt dat dit al 23 jaar is), en dat de scheiding der sloot zou liggen op de scheiding waar nu een afrastering staat, en het voetpad dus zou komen te liggen rechts en links van deze bestaande afrastering.Achterafbij de kastrale opmeting is gebleken dat het voetpadvanuit de Voorstraat bezien,geheel rechts van deze afrastering zou komen,geheel op grond in gebruik bij Pa.Perdaems en H.van Sittert. De VOORZITTER zegt dat deze zaak een onderwerp van bespreking is geweest bij burgemeester en wethoudersdie gemeend hebben,deze bezwaren aan de raad te moeten voorleggen. De heer A.BROCATUS vraagt zich af of dit voetpad nu wel zo belangrijk is, vooral ook,nu er zich andere feiten voordoen,die men toen niet wist,waarop de VOORZITTER antwoordtdat het aan de raad is om te beoordelen,welke mo tieven het zwaarste wegen, en vraagt de leden af of dan het destijds geno men; besluit al of niet moet worden ingetrokken. De heer A. SWAGEMAKERS vindt het niet tiuist om op verzoek van een paar mensen,een raadsbesluit zo maar klakkeloos weer in te trekken.Wanneer de raad in de toekomst besluiten wil nemen,kunnen we beter eerst met de mensen overleggenaldus de heer SWAGEMAKERS. De VOORZITTER is het met dit laatste gezegde niet helemaal eens,of schoon hij wel een tegenstander is om vandaag een besluit te nemen en het morgen weer in te trekken.Wanneer echter bij de raad punten aan het licht komen,waaruit blijkt dat het raadsbesluitiestijds niet geheel juist is genomen,kan de raad zijn besluit herzien en/of weer intrekken,doch de ^°°kZITTER adviseert de raad,dit niet iedere keer te doen.- Op een vraag van de voorzitter, doet de heer A.BROCATUS het voorstel om het raadsbesluit van 27 maart 1956 in te trekken. Ook de heren G.MOORS EN A.JACOBS spreken zich uit voor intrekking, füa ike stemming wordt met 4 stemmen voor, 2 stemmen tegen en ®;besloten,het raadsbesluit van 27 maart 1956 betreffende het aanorengen van een tegelpad over de strooK grond,gelegen tussen Voor- en Ac terstraat, in te trekken. Tegen stemden de heren A.FREE EN A.SWAGEMAKERS. De heer P.7AN MEEL onthield zich van stemming, VU. BEHANDELING VERZOEK VAN W, C- DEKKERS TE NIEUW-VOSSEMEEROM SCHADE VER- GOEDING, WEGENS SCHADE~ffl~PÏENS~LANPT" De VOORZITTER brengt ter kennis een door W„C,Dekkers ingediende reke- ning bij de gemeentewegens schadeveroorzaakt aan diens land,door het dichten van een sloot van het perceel grond bij de houten woningen,licht dit uitvoerig toe en stelfl aan de orde een voorstel van burgemeester en wethouders om aan W.C-Dekkers een schadevergoeding toe te kennen van f-2265,90, gespecificeerd als volgt: f.840.-voor 1954, f.619,20 voor 1955, i.663,-voor 1956, f.124,50 zijnde de helft der arbeidslonen en f.19,20 voor 32 gres-buizen» oh G.MOORS vraagt zich af of de heer Dekkers over 1954 en 1955 geen schadevergoeding heeft ontvangen van landbouwherstel VOORZITTER is van mening dat destijds door deze instantie is mede- genoemde Dekkers hierover geen uitkering had ontvangen. Na uit voerige bespreking vraagt de VOORZITTER of de raad genoemde vergoeding bil- 113 vmdt en of de raad zou kunnen besluiten, deze vergoeding toe te kennen, onder voorwaardedeze vergoeding pas dan uit te keren,wanneer ten geaoege

Raadsnotulen

Nieuw-Vossemeer: 1957-1996 | 1957 | | pagina 3