aantal non-profit instituten die in het gehele land in
nauwe samenwerking met de arbeidsbureaus de uitzendformule
als arbeidsvoorzieningsinstrurnent kunnen aanwenden. In
februari 1977 zijn wij door de H.I.D. van de arbeidsvoor
ziening in Noord-Brabant voor het eerst geïnformeerd over
de rijksplannen tot het instellen van een landelijke stich
ting voor niet commerciële uitzendbureaus. Sindsdien hebben
wij regelmatig overleg gevoerd over deze plannen met de af
deling arbeidsvoorziening van het ministerie van sociale
zaken en met het in november 1977 geformeerde bestuur van
de Stichting Uitzendbureau Arbeidsvoorziening. Dit bestuur
is evenals onze bestuurscommissie samengesteld uit vertegen
woordigers van de overheid, de werknemers en de werkgevers.
In het overleg is de eventuele integratie van ons uitzend
bureau binnen de landelijke stichting onderwerp van bespreking
gewee st
4. STADSGEWESTELIJK STANDPUNT
Na een grondige vergelijking van de doelstellingen van de
landelijke stichting en ons uitzendbureau, hebben wij in
overleg met het dagelijks bestuur in principe de bereid
heid tot overdracht van ons bureau uitgesproken. Een naast
elkaar functioneren van twee overheidsbureaus met een vrij
wel gelijke doelstelling achten wij namelijk niet wenselijk.
Ondanks enige formele verschillen in doelstelling en werk
wijze tussen de stichtingsbureaus en ons uitzendbureau, zijn
wij overtuigd van een volledige voortzetting van de dienst
ver len ingsmoge 1 i j kheden aan werkzoekenden en werkgevers in
ons stadsgewest bij overdracht van ons bureau. Hiertoe zijn
van onze kant enige voorwaarden geformuleerd die onder 5
worden genoemd.
Naast deze voorwaarden is de Start ook bereid de zitdagen,
die ons uitzendbureau in Etten-Leur en Oosterhout een maal
per week houdt, voort te zetten. Hiermee blijft de spreiding
van de dien stverlen ing ove r ons stadsgewe stgebied gegaran
deerd
5. OVERDRACHTSVOORWAARDEN
Wij hebben een drietal voorwaarden voor de overdracht van
ons uitzendbureau geformuleerd. Deze voorwaarden zijn:
- de overname van de op het bureau werkzame administratief
medewe
rkster en
het hoofd van he
t bur e
au met beho
ud
an
een
zovee1
moge lijk
overeenkomstige
rechts
positie
de ins
telling v
an een regionale
begele
idingscommi
s s
ie
om
zoveel
moge lijk
op de eigenheid
van de
situatie i
n
on
s
ge-
bied te kunnen blijven inspelen;
een financiële afwikkeling
waarbi j
op grond
van
een
af -
sluitend accountantsrapport
de boe
ken worde
n ges
lote
n
Het op dat moment bestaande
saldo
komt ten
laste
dan
we 1
ten gunste van het stadsgewest.
De bovengenoemde
voorwaarden
zijn vastgelegd in
de bijgaande
overeenkomst tot
overname van
het Uitzendbureau
Stadsgewe st
Breda. Met deze
overeenkomst
is het bestuur van
de Start ac-
coord gegaan
Ten aanzien van de regionale begeleidingscommissie zal
uw gewestraad ook in de toekomst een rol blijven spelen.
De leden van deze adviescommissie van het Startbestuur
zullen immers door uw gewestraad aangewezen kunnen worden.
Dit geldt ook voor de leden namens de werkgevers— en werk
nemersorganisaties. Hierdoor is een optimale regionale be
trokkenheid verzekerd. In de begeleidingscommissie hebben
visr leden namens de gewestraad, twee leden namens de werk
geversorganisaties en drie leden namens de werknemersorgani
saties zitting. Het secretariaat zal door het gewestelijk ar
beidsbureau worden verzorgd.
6. FINANCIEN
Zoals reeds is gezegd zal de boekhouding van het uitzend
bureau per 31 december 1979 worden afgesloten. Naar ver
wachting zal er op dat moment een batig saldo overblijven
over de drie jaren van ongeveer 150.000 Dit saldo
maakt het ons mogelijk het bureau werkelijk kostendekkend
te maken. De kosten immers die zijn gemaakt in de voorbe
reidingsperiode in 1974, 1975 en 1976 zijn ten laste ge
komen van de algemene dienst. Deze kosten zijn voorname
lijk veroorzaakt door de werkzaamheden van een halve be
leidsmedewerker en bestaan daarnaast uit onderzoeks- en
bestuurskosten over de genoemde jaren. Hiermee is ook naar
schatting een bedrag van f 150.000,gemoeid. Vanaf de
start van het bureau zijn verder alle kosten doorberekend
aan het uitzendbureau. Met het saldo van 150.000 kun
nen dus de voorbereidingskosten volledig worden gedekt. Dit
saldo kan daarom aan de algemene dienst ten croede komen,
als een reserve-post waaraan uw gewestraad eeri nadere be
stemming moet geven.
Indien wij het uitzendbureau in de toekomst zouden voortzet
ten, zouden wij zeker, gelet op onze niet-commerciële doel
stelling, tot een tariefsverlaging hebben besloten voor het
uitzenden. Ditzelfde gebeurt echter ook wanneer het bureau
overgaat naar de Start. Er zal dan eveneens met een lager
tarief worden gewerkt. Ook dit garandeert derhalve een voort
zetting van ons beleid terzake.
7. WIJZIGING REGELING STADSGEWEST BREDA
Wanneer uw gewestraad besluit tot de overdracht van het
Uitzendbureau Stadsgewest Breda aan de Stichting Uitzend
bureau Arbeidsvoorziening betekent dit dat de Regeling
Stadsgewest Breda op dit punt zal moeten worden aangepast.
De stadsgewestelijke taak terzake moet immers uit de re
geling worden geschrapt. De totale formele besluitvorming
hierover bij de gemeentebesturen en de provincie zal naar
schatting rond maart 1980 zijn afgerond. Gelet echter op de
voordelen om de werkzaamheden van het bureau met een nieuw
begrotingsjaar over te dragen, lijkt het toch wenselijk de
overdracht per 1 januari 1980 te laten plaatsvinden. In de
overeenkomst met de Start is daarom ook voor deze overgangs
datum gekozen
8. VOORSTEL
Wij stellen uw gewestraad gelet op het bovenstaande voor
V