- 7 -
Wij hebben ons tevens, op advies van de commissie algemene
zaken, beraden over het stemrecht van de voorzitter. Wij
stellen u voor het stemrecht van de voorzitter te beperken
tot het dagelijks bestuur. Wel vinden wij het juist om de
stemverhoudingen in de gewestraad te bewaren. Daarom stellen
wij voor, dat ingeval de voorzitter een gewestraadslid is,
het gemeentebestuur, dat hem heeft aangewezen alsnog een
gewestraadslid aanwijst.
5.3. Behandeling gewestraad
In de gewestraad waren de meningen verdeeld. Een groep ging
akkoord met de verruiming van de keuzemogelijkheden, al dan
niet onder het uitspreken van een voorkeur voor een voor
zitter uit de gewestraad. Een andere groep had bezwaar tegen
die verruiming, vanwege de vrees voor een beroepsvoorzitter
Bij het stemrecht is de mogelijkheid geopperd om, indien
de voorzitter gewestraadslid is, hem het stemrecht in de ge
westraad te laten behouden. De gewestraad heeft uiteindelijk
toch ons voorstel aanvaard.
Wij onderschrijven dat een keuze van een voorzitter uit de
gewestraad voor de hand ligt. Elk dagelijks bestuur zal bij
een voorstel over de voorzittersfunctie nadrukkelijk rekening
houden met zo'n voorkeur. Er moeten zeer overtuigende argu
menten op tafel komen om daarvan af te wijken. Het gaat echter
alleen om een verruiming van de keuzemogelijkheden. Wij
achten de gewestraad volledig in staat om rekening houdend
met de standpunten van de gemeenten en de commissie-adviezen
tot een juiste afweging te komen.
Wij herhalen, dat de verruiming van de keuzemogelijkheden
allerminst tot een full-time voorzitter moet leiden. Zowel
de huidige situatie als een voorzitter met een meer om
vattende part-time tijdsbesteding met alle variaties van
dien behoren tot die keuzemogelijkheden.
Inzake de regeling van het stemrecht is ons voorstel er op
gericht om de voorzittersrol met meer waarborgen te omringen.
Door het uitsluitend hebben van een adviserende stem, kan
hij meer afstand nemen van de onderwerpen. Het voorstel
sluit bovendien volledig aan bij de gemeentelijke situatie.
Daar heeft de burgemeester geen stemrecht in de raadsverga
deringen, maar wel in die van het college.
6. SAMENVATTING
6.1. Verkleining gewestraad
Wij stellen u voor de omvang van de gewestraad te verkleinen
door het vervangen van de kwaliteitszetels van de burgemeester
en een wethouder door één zetel voor het college van burge
meester en wethouders. Als uitvloeisel daarvan stellen wij
voor, dat de burgemeesters niet langer meer formeel deelnemen
aan de regeling.
- 6 -
Het voorstel, zoals dat door de gewestraad is aanvaard, zal
naar onze mening de kansen op verambtelijking van het bestuur
verminderen. Een verambte 1ijking wordt bevorderd indien de beschik
bare tijd van de bestuurders niet genoeg is voor het bewaken
van prioriteiten, het onderhouden van bestuurlijke contacten
en het begeleiden van de noodzakelijke werkzaamheden. Ons voor
stel voorziet in een soepel afstemmen van het tijdsbeslag van
de leden op de persoonlijke situatie en de werkzaamheden.
5. BENOEMING EN STEMRECHT VOORZITTER
5.1. Gemeentelijke reacties
Op 31 maart 1978 heeft de gewestraad bij het voorstel bestuurs
structuur besloten de gemeenten te adviseren de stadsgewest
regeling aan te passen op het punt van de benoeming van de
voorzitter. De opvatting hield in een verruiming van de moge
lijkheden voor de keuze van een voorzitter door de verplichting
te laten vervallen, dat de voorzitter alleen vanuit de gewest
raad kan worden benoemd. De gewestraad maakt daarbij uit of
en wanneer van die ruimere mogelijkheid gebruik wordt gemaakt.
Van de 16 toen deelnemende gemeenten hebben 15.. gemeenten het
advies overgenomen. Vanwege de benodigde instemming van alle
gemeenten is de stadsgewestregeling op dit punt niet gewijzigd.
Inmiddels zijn twee van deze gemeenten hierop teruggekomen.
Van de vijf gemeenten, die nadien zijn toegetreden, hebben drie
gemeenten zich niet hierover uitgesproken, de andere twee staan
afwijzend tegenover een verruiming van de keuzemogelijkheden.
5.2. Voorstel
Wij handhaven onze oorspronkelijke opvatting, mede gelet op de
voorgestelde verkleining van het dagelijks bestuur. Wij zijn
van mening, dat de huidige oplossing, waarbij de voorzitter
niet belast wordt met een portefeuille dan minder makkelijk
toepasbaar is.
Wij hebben begrip voor een terughoudende opstelling inzake
deze verruiming vanwege de eventuele financiële gevolgen.
Daarbij denkt men aan een full-time voorzitter. Wij pleiten
toch voor de verruiming, omdat uw gewestraad dan tot een
samenstelling van het dagelijks bestuur kan komen, die het
beste is afgestemd op de zich voordoende situatie. Bij uw
keuze zullen de financiële gevolgen ongetwijfeld een zeer
belangrijke rol spelen. Het volledig tot zijn recht komen
van alle overwegingen achten wij, mede rekening houdend
met het horen van de gemeenten en de advisering van de com
missies algemene zaken en financiën, voldoende gewaarborgd.
Overigens bevat ons voorstel ook de mogelijkheid van een
Part~time voorzitter. Tenslotte attenderen wij u erop,, dat
de regeling van het Streekgewest Westelijk Noord-Brabant
eveneens de ruimere keuzemogelijkheden inzake de voorzitter
kent
1