1.2. Verwachte 2ntwikkeling Te verstrekken gegevens als onder 1.1., in ieder geval voor de planperiode en indien mogelijk ook voor de verdere toe komst 2Afvalstoffen die te zamen met huishoudelijke afvalstof fen worden verwerkt, bewerkt, vernietigd, op of in de bodem gebracht of afgevoerd 2.1. Huidige_situatie Te verstrekken gegevens: 2.1.1. Vrijkomende hoeveelheden in het samenwerkingsgebied. 2.1.2. Per gemeente, in hoeverre inzameling, overladen en vervoer door of vanwege de intergemeentelijke diensten geschiedt. 2.1.3. Zie 1.1.5. 2.1.4. Zie 1.1.6. 2.1.5. Zie 1.1.7. 2.1.6. Zie 1.1.8. 2.2. Verwachte ontwikkeling Te verstrekken gegevens als onder 2.1. in ieder geval voor de planperiode en indien mogelijk ook voor de verdere toe komst 3Behandeling van de afvalstoffen binnen het samenwerking- gebied De voorzieningen binnen het samenwerkingsgebied voor het be werken, verwerken, vernietigen op of in de bodem brengen en afvoer van de afvalstoffen (categorieën als bedoeld in 1en 2.). Het betreft hier de afvalstoffen die binnen het samen werkingsgebied ontstaan en de afvalstoffen die het samenwer kingsgebied binnenkomen. 3.1. Huidige Ongave met plaatsaanduiding, aan te duiden op een bijgevoeg de kaart, van de in het samenwerkingsgebied gelegen inrich tingen, onderscheiden naar: 3.1.1. Stortplaatsen. 3. 1.2. Vuilverbrandingsinstallaties. 3.1.3. Composteringsinstallaties 3. 1.4. Huisvuilscheidingsinstallaties 3.1.5. Overlaadstations 3.1. 6Overige Per inrichting een afzonderlijke bijlage met: 1. Plaatsaanduiding. 2. Beheersvorm. 3. Verleende vergunningen en ontheffingen (Hinderwet, Wet verontreiniging oppervlaktewateren, Ontgrondingenwet Wet inzake de Luchtverontreiniging, enzovoorts) alsme de de betreffende vergunning- c.q. ontheffingverlenen- de overheid, nummer en datum. 4. De gemeenten van wier grondgebied afvalstoffen, zo mo gelijk onderscheiden als bedoeld in 1. en 2., bij de in richting worden aangevoerd, onderscheiden naar: - liggend binnen het samenwerkingsgebied; - niet liggend binnen het samenwerkingsgebied, maar wel binnen de provincie; - liggend buiten de provincie. 5. Hoeveelheden afvalstoffen, zo mogelijk onderscheiden als in 4., die in de voorgaande drie jaar (1977, 1978 en 1979) zijn aangevoerd. 6. Totale jaarlijkse hoeveelheid in elk van de afge lopen drie jaar bij de inrichting aangevoerde afvalstoffen. Specifiek voor stortplaatsen (3.1.1.) 7. Beschrijving van de stortplaats en van de wijze van stor ten (ontwerp, fasering, gevolgde methode; zie ook de richt lijn gecontroleerd storten). 8. Nog aanwezige stortcapaciteit 9. Voorziene datum van beëindiging van de stortactiviteiten alsmede de reden (en) voor die beëindiging. 0. Mogelijkheden tot verlenging van de stortactiviteiten bij voorbeeld door uitbreiding van de locatie, verminderend aanbod bij de locatie, voorschakeling huisvuilscheidings- installatie enzovoorts. Specifiek voor vuilverbrandingsinstallaties (3.1.2.) 7. Beschrijving van de installatie en de gevolgde werkwijze. 8. Resterende levensduur van de installatie. 9. Verwerkingscapaciteit en de voornaamste factoren die de ze capaciteit bepalen zoals het aantal en capaciteit van de ovens, aantal bedrijfsuren emissieplafonds en derge lijke. 0. Mogelijkheden tot uitbreiding van de capaciteit zoals ver hoging van het aantal bedrijfsurenbijplaatsing van ovens waarvoor ruimte is gereserveerd, voorschakeling huisvuil- scheidingsinstallatie enzovoorts. 1. Soorten, hoeveelheden en bestemmingen van de voor de ver werking afgescheiden stoffen zoals schroot enzovoorts. 2. Soorten, hoeveelheden en bestemmingen van de reststoffen, zoals slak en vliegas. 3. Opgewekte en geleverde hoeveelheid electriciteitanders zins nuttig gebruikte warmte, alsmede de bestemmingen c.q. toepassingen hiervan. Specifiek voor composteringsinstallaties (3.1.3.) 7. Beschrijving van de installatie en de gevolgde werkwijze. 8. Resterende levensduur van de installatie.

Raadsnotulen

Klundert: mei 1933-1996 | 1979 | | pagina 398