TOELICHTING behorende "bij de "Exploltatleverordening gemeente Klundert 1970". Algemeen. In het algemeen is het gebruikelijk, dat in bestemmingsplannen, die daarvoor geeigend zijn, door de gemeente een actieve grond- politiek wordt gevoerd. Dit houdt in dat de gemeente zelf de gronden verwerft, bouw rijp maakt en uitgeeft. Het is de particulier, die ter plaatse grond bezit echter niet verboden zelf de exploitatie van gronden ter hand te nemen, mits hij voldoet aan de terzake geldende voorschriften, vervat in bestemmingsplannen, gebruiksvoorschriften, bouw verordening enz. In de meeste gevallen echter zal hij daarbij profiteren van gemeentelijke voorzieningen in en rond het be treffende plan. De bedoeling van deze verordening is hen een redelijke bijdrage te laten betalen in de kosten van die voor zieningen.' De verordening gaat ervan uit, dat de gemeente medewerking verleent aan de particuliere initiatiefnemer, indien deze zich contractueel bindt aan een bepaalde bijdrage in de kosten van het betreffende bestemmingsplan en eventueel grond af staat voor de aanleg van geplande openbare voorzieningen. Sancties op het niet-nakomen van de verplichting door de particuliere ondernemer liggen dan ook in principe uitsluitend op het gebied van het privaatrecht. Publiekrechtelijk kan als sanctie de medewerking alleen worden geweigerd, indien de gronden, waarop gebouwd wordt niet vol doen aan de eisen, die bestemmingsplan, gebruiksvoorschriften en bouwverordening stellen. In de praktijk wordt die sanctie mogelijkheid gekweekt door de gemeente zelf, door geen straten enz. aan te leggen, doch in ieder geval geen aansluiting op bestaande straten te geven, alvorens de krachtens de exploi tatieverordening verschuldigde bijdrage is betaald en/of de nodige gronden zijn overgedragen. De bouwverordening stelt namelijk dat het bouwen alleen mag geschieden op grond, die grenst aan een weg, die aan bepaalde in die verordening ge stelde eisen voldoet. Zolang de gemeente de straten niet aanlegt en geen aansluiting geeft op haar wegennet kan der halve de bouwvergunning aan de exploitant worden geweigerd. Hierdoor ontstaat een indirecte publiekrechtelijke sanctie op de nakoming van de bepalingen van deze verordening. Ter toelichting op enkele punten merken wij nog het volgende op. Het indienen van een schriftelijk verzoek om medewerking. Het is voor een goede procedure gewenst, dat het verzoek om medewerking schriftelijk wordt ingediend en dat daarbij de nodige gegevens, vereist voor de beoordeling van het ver zoek om medewerking, worden overgelegd. De regeling hiervan treft U aan in artikel 3. De gegevens, bedoeld in artikel 3, lid 1 onder b, waaruit blijkt dat de exploitant de eigendom van de in exploitatie te brengen gronden heeft verkregen of kan verkrijgen, zijn vereist omdat de medewerking alleen kan worden verleend wanneer zekerheid bestaat dat de eigendom van de voor openbare voorzieningen bestemde gronden kan worden over gedragen.

Raadsnotulen

Klundert: mei 1933-1996 | 1970 | | pagina 34