2. De exploitant wordt door burgemeester en wethouders eenmaal in de gelegenheid gesteld de in het vorige lid bedoelde gege vens alsnog te verstrekken of aan te vullen, zulks onver minderd de bevoegdheid van burgemeester en wethouders te allen tijde terzake dienende gegevens en bescheiden op te vragen. 3. De gemeenteraad beslist omtrent het verzoekschrift binnen zes maanden na de dag waarop het verzoekschrift is ont vangen. De gemeenteraad kan zijn beslissing eenmaal met ten hoogste zes maanden verdagen. Artikel 4-. 1De gemeente verleent slechts medewerking aan het in bouw- exploitatie brengen van grond krachtens een overeenkomst, waarvan een akte wordt opgemaakt. 2. De medewerking behoeft niet te worden verleend, indien: a. de in bouwexploitatie te brengen grond niet is gelegen in een gebied waarvoor een bestemmingsplan geldt; b. het in bouwexploitatie brengen van grond zou leiden tot strijd met de door artikel 4-8 en artikel 50 van de Woningwet beschermde belangen; c. het in bouwexploitatie brengen van grond ten gevolge zou hebben, dat ten laste van de gemeente kosten zouden komen als bedoeld in artikel 9, welke, verminderd met de even tueel door anderen als bijdrage in deze kosten in de ge meentekas gestorte of nog te storten gelden, hoger zijn dan de bijdrage die de exploitant ingevolge deze verordening aan de gemeente verschuldigd is; d. het in bouwexploitatie brengen van grond anderszins te grote kosten of bezwaren met zich zou brengen, met name ten aanzien van het doeltreffend voorzien in riolering, watervoorziening, openbare verlichting, toezicht en open bare diensten; e. het in bouwexploitatie brengen van grond, hoewel overeen komstig een bestemmingsplan, anderszins zou leiden tot strijd met de belangen van een stelselmatige, doeltreffende uitbreiding van de bebouwing. 3. De beslissing op een verzoek om medewerking kan worden aange houden, indien de exploitatie-opzet, die ten grondslag ligt aan de berekening van het ten laste van de exploitant vallende aandeel in de kosten van voorzieningen van openbaar nut, nog niet is vastgesteld dan wel moet worden herzien. In dat geval stelt de gemeenteraad, indien geen weigeringsgrond als in lid 2 vermeld van toepassing is, een termijn vast waarbinnen in de vaststelling of de herziening van de exploitatie-opzet moet zijn voorzien. Burgemeester en wethouders zenden een afschrift van het be sluit tot aanhouding met vermelding van de in de vorige zin bedoelde termijn aan de exploitant. Artikel 5. De overeenkomst, bedoeld in artikel 4, houdt bepalingen in omtrent: a. de aard en de omvang van de werken welke de gemeente in verband met de in de overeenkomst bedoelde exploitatie zal uitvoeren; b. de afstand door de exploitant aan de gemeente van de grond bestemd voor de aanleg van de in artikel 2 onder I ge noemde werken, vrij van opstallen -met inbegrip van de zich in de grond bevindende resten, zoals funderingen, leidingen en kabels- in volle en vrije eigendom;

Raadsnotulen

Klundert: mei 1933-1996 | 1970 | | pagina 30