Nr.
De raad der gemeente Klundert;
gezien het voorstel van "burgemeester en wethouders
dd.
gelet op artikel 85 van de Woningwet;
besluit:
vast te stellen de navolgende aanvulling op de
Instructie Ambtenaren Bouw- en Woningtoezicht.
Artikel 1.
Ingevoegd wordt artikel 20a, dat luidt als volgt:
Artikel 20a. Ambtseed opsporingsambtenaar.
1. Alvorens hun ambt te aanvaarden leggen de ingevolge artikel 100
van de Woningwet en de ingevolge artikel 397 van de bouwverorde
ning aangewezen opsporingsambtenaren, voorzover niet reeds uit
anderen hoofde een ambtseed is afgelegd, de volgende eed of
belofte af:
"Ik zweer/verklaar, dat ik voor het verkrijgen van deze dienst
betrekking aan niemand iets heb gegeven of beloofd noch zal
geven of beloven.
Ik zweer/beloof, dat ik van niemand enige belofte, gunst of ge
schenk zal aannemen om in mijn dienstbetrekking iets te doen of
na te laten.
Ik zweer/beloof, dat ik mijn plicht nauwgezet en ijverig zal ver-
vullen en de mij verstrekte opdrachten naar best vermogen zal
vo lbrengen.
Ik zweer/beloof, dat ik zaken, waarvan ik door mijn ambt kennis
draag en die mij als geheim zijn toevertrouwd of waarvan ik het
vertrouwelijk karakter moet begrijpen, niet zal openbaren aan
anderen, dan aan hen, aan wie ik volgens de wet of ambtshalve
tot mededeling verplicht ben.
Zo waarlijk helpe mij God Almachtig!
(Dat verklaar en beloof ik!)
2. De eed of belofte wordt door de ambtenaar, die hoofd van het
bouw- en woningtoezicht is, afgelegd: in handen van de burge
meester en door de overige ambtenaren in handen van de burge
meester of met machtiging van deze in handen van het hoofd van
het bouw- en woningtoezicht.
3. Na het afleggen van de eed of belofte wordt aan de betrokkene
een afschrift van het eedsformulier uitgereikt, met aantekening
wanneer, waar en in wiens handen de eed of belofte is afgelegd.
Artikel 2.
Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag der afkondi
ging.
Aldus besloten in de openbare vergadering
van
De secretaris, De voorzitter,
Burgemeester en wethouders van Klunderx.
De secretaris, De burgemeester,
C. Barmentlo. C.D. van Oosten.