de uitkomsten van ten genoegen van het bouwtoezicht uit te
voeren sonderingen, grondboringen, proefheiingen en/of andere
onderzoekingen naar de aard en het draagvermogen van de bodem
en/of de paal.
2. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, nadere regelen te
stellen met betrekking tot heipalen, andere funderingspalen
en oplangers, en de verwerking daarvan.
Artikel 57.
In artikel 164, lid 4, onder c, wordt het getal "1957" ver
vangen door "1959". Artikei 58.
In artikel 172, lid 2, worden de woorden "onder c" vervangen
door "onder e".
Lid 4 wordt gewijzigd als volgt:
4. Het binnenblad van een gevelspouwmuur van metselwerk moet aan
de spouwzijde zijn afgekwast met de specie, waarmede wordt ge
metseld
Lid 6 wordt gelezen als volgt:
6. Vrijstelling kan worden verleend van het bepaalde in:
a. lid 1, onder b, voor wat betreft de toepassing van een
wijdere spouw dan 10 cm;
b. lid 1, onder c, indien elk der spouwbladen voldoende stijf
heid bezit;
c. lid 1, onder e, voor spouwmuren met een grotere hoogte.
Artikel 59.
In artikel 173 wordt de tweede zin van lid 1 gelezen als volgt:
Daarbij wordt 1 hl zand gerekend als 1 volumedeel toeslagstof
en geldt als volumedeel bindmiddel:
125 kg cement
1 hl kalkdeeg
1,2 hl poederkalk 90-95 i°
1 3 hl poederkalk 80-85 1"
1 ,4 hl poederkalk 70-75 °h
1,5 hl poederkalk 60-65 1° of schelpkalk.
Artikel 40.
De titel van artikel 203 wordt gewijzigd in: Draairichting en
beveiliging van beweegbare ramen.
Toegevoegd wordt een derde lid, luidende:
3. Nadere eisen kunnen worden gesteld, ter voorkoming van het
naar buiten vallen van personen, aan de sluiting van naar buiten
draaiende ramen van tot bewoning bestemde gebouwen indien de
onderkant van de raamopening hoger ligt dan 2,2 m boven een ter
plaatse van de buitenzijde van het raam gelegen weg, erf, vloer
of dak.
Artikel 41
De titel van artikel 219 wordt gewijzigd in: Uitmonding bovendaks
Artikel 219 wordt gelezen als volgt:
Gasafvoerkanalen moeten bovendaks op een doeltreffende plaats
uitmonden en zonodig zijn voorzien van een kap.
Aan deze eis wordt geacht te zijn voldaan Indien de uitmonding
voldoet aan de desbetreffende bepalingen van NEN 1978 uitgave
1963 (Gasinstallatievoorschriften)
