AGENDAPUNT: 9-1-70.
Klundert, 5 februari 1970.
Onderwerp: Begroting woningbedrijf 1969/1970
Begroting grondbedrijf 1970 en
begroting Algemene Dienst 1970.
Aan de raad
Hierbij bieden wij U ter vaststelling aan:
a. de begroting van het woningbedrijf voor het exploitatiejaar
1969/1970,
b. de begroting van het grondbedrijf voor het dienstjaar 1970,
c. de begroting van inkomsten en uitgaven der gemeente voor het
dienstjaar 1970;
Helaas konden de ontwerp-begrotingen, als gevolg van perso
neelswisseling, niet voor de aanvang van het nieuwe begrotingsjaar
worden aangeboden en in behandeling worden genomen. Ons streven is
er op gericht dat dit voor 1971 wel het geval zal zijn.
Zoals de laatste jaren gebruikelijk was vragen wij voordat
wij de ontwerp-begrotingen nader toelichten Uw aandacht voor een
aantal voor de gemeentebesturen van belang zijnde zaken, opdat U op
deze punten wat nader georiënteerd zult zijn.
VERRUIMING GEMEENTELIJK BELASTINGGEBIED.
In de aanbiedingsbrief voor de begroting 19&9 hebben wij U
uitvoerig over deze aangelegenheid ingelicht. De ministers, die voor
de indiening van het betreffende wetsontwerp verantwoordelijk zijn,
spraken destijds de verwachting uit, dat een gedeelte van de voorge
stelde maatregelen voor het eerst in 19&9 voor de gemeenten effect
zal kunnen sorteren. Deze verwachting is echter wel wat al te opti
mistisch geweest. Wij menen niet erg pessimistisch te zijn wanneer
wij thans stellen, dat alle zeilen bijgezet zullen moeten worden wil
een en ander in 1971 van enig belang voor de gemeenten zijn. Ons in
ziens dient het wetsontwerp uiterlijk vóór 1 april 1970 het staats
blad te hebben bereikt wil zulks het geval kunnen zijn. Dit in ver
band met de tijd, die gemoeid zal zijn met de voorbereiding van nieuwe
verordeningen, de vaststelling daarvan en de koninklijke goedkeuring
daarop. Tegen het wetsontwerp zijn overigens nogal wat bezwaren in
gebracht. Aan een aantal bezwaren is inmiddels tegemoet gekomen. Het
valt echter nog te bezien of het gewijzigde ontwerp de eindstreep
wel zal halen, omdat de andere bezwaren bij een groot deel van de
volksvertegenwoordiging weieens zo zwaar zouden kunnen wegen dat zij
daardoor het wetsontwerp niet aanvaardbaar maken.
De "voorgespiegelde" verruiming van het gemeentelijk be
lastinggebied is al met al weer een jaar in de mist blijven hangen,
hetgeen dan - wanneer althans van een daadwerkelijke verruiming kan
worden gesproken - weer niet in het belang van de gemeentelijke ont
wikkeling is geweest.
FINANCIËLE VERHOUDING RIJK/GEMEENTEN.
Zelden heeft een ministeriële circulaire in de gemeente
lijke kring, zoveel wrevel verwekt als de circulaire van 30 juni j.l.
van de ministers van binnenlandse zaken en financiën.
Nu voldoen dergelijke circulaires, waarin aan de gemeentebesturen
wordt medegedeeld op welke uitkeringen uit het gemeentefonds zij voor
het komende jaar kunnen rekenen, uiteraard zelden geheel aan de ver
wachtingen van de gemeenten, maar de circulaire van 30 juni voldoet
aan geen enkele verwachting en slaat zelfs elke verwachting de bodem
in.