- 6 - E.H.B.O. doet. Wordt men slechter door het behalen van een bepaald bevoegdheid of graad op het terrein van het bedrijven van naasten liefde en het betuigen van barmhartigheid. Wanneer men uitgaat van de stelregel dat bij het dienen van het gemeenschapsbelang een hono rering van de overheid hiertegenover moet staan, zou men een heel rare tijd beleven. De voorzitter meent dit opzettelijk wat scherp te moeten stellen. Gelukkig is een dergelijke stelregel niet het stand punt van de E.H.B.O. of het Roode Kruis. Wanneer het echter voor een bepaald lid moeilijk zou zijn examenkosten te betalen, dan kan men altijd bij het college van burgemeester en wethouders aankloppen. In het algemeen voelt hij echter weinig voor het geven van een subsir die aan dergelijke instellingen. Nu worden de verenigingen geprik keld tot zelfstandigheid en juist hierdoor dient men in waarachtig heid de verenigingen. De heer Beljaars meent dat de voorzitter wel enkele scherpe opmer kingen heeft gemaakt, maar dat hij de zaak ook van een andere kant heeft bekeken. Spreker wijst ook nog op de cursus van de B.B. waar voor men lr- per avond ontvangt. Wanneer men deze E.H.B.0.-cursus echter buiten B.B.- verband volgt, moet men zelf alles betalen. Voor een vader met acht of negen kinderen lijkt hem in den dergelijk geval een kleine tegemoetkoming volkomen op zijn plaats. Volgt men een der gelijke cursus in B.B.— verband dan dient men hetzelfde gemeenschaps belang, terwijl de een hiervoor een kleine vergoeding ontvangt en de ander niet. Daarom wil hij graag dat de examenkosten ad. 3,50 voor rekening van de gemeente worden genomen. Hij tekent daarbij nog^aan, dat een en ander niet is verzocht door een bestuurlid van de E.H.B.O. De voorzitter antwoordt hierop, dat een dergelijk voorstel nooit in de geest van de E.H.B.O. zou opkomen. Spreker handhaaft zijn eerder ingenomen standpunt. Blijkt het echter voor een bepaald lid moeilijk te zijn de kosten zelf te voldoen, dan kan men bij het college te recht. De heer Beljaars brengt hierna de subsidiering van de bond van be jaarden ter sprake.. Spreker vraagt of het mogelijk is te subsidiëren naar gelang het aantal leden van de vereniging. De voorzitter antwoordt, dat enkele jaren geleden de subsidiering van deze instellingen door de raad geheel is doorgepraat. Hoewel hij persoonlijk subsidiering van de Algemende Bond van Ouden van Dagen, als zijnde een soort stand- of vakorganisatie, principieelonjuist vindtwas de raad toen van mening, dat ook aan deze vereniging sub sidie moest worden toegekend. Het college heeft daarom gemeend de subsidiebedragen aan deze verenigingen ongewijzigd te moeten laten. De heer Jongbloed zegt,, dat hij geheel achter het beleid van burge meester en wethouders staat, voor wat betreft de subsidiering van de muziekvereniging Determinato en de Oranje-Garde. De kosten van de muziekvereniging zijn immers veel hoger dan van de Oranje-Garde. Het niveau van de muziekvereniging is erg hoog. Zonder hoofdelijke stemming worden de subsidies hierna overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders vastgesteld. 17 VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HET VASTSTELLEN VAN DE BEGROTINGEN VOOR DE AANGEWEZEN TAKKEN VAN DIENST EN DE ALGEMENE DIENST VOOR HET JAAR 1963. De voorzitter vraagt of iemand een algemene beschouwing wenst te houden. De heer van Drimmelen wil van deze gelegenheid gebruik maken.. Hierna spreekt de heer van Drimmelen als volgt Mijnheer de Voorzitter, Heren Wethouders, geachte leden van de raad, Een gewoonte kan burgerrecht verkrijgen en als er dan een verande- ring'komt dan kón die wijziging gemis betekenen. Een gewoonte werd het dat de A.R. woordvoerder mede namens haar zus terpartijen, te weten de C.H. en de S.G.P. bij de vaststelling van de begroting de algemene beschouwingen hield. Zo was het de laatste jaren, maar zo is het dit jaar niet. Er is geen verzoek ingekomen om mede namens de S.P.U. te spreken. Dit kan verschillende redenen heb ben, de wisseling van raadsleden is hier wellicht niet vreemd aan, maar hoe dan ook, als dit maar niet betekent, dat de doorbreking van deze gewoonte een verwijdering met zich mede brengt. Voorwat ons betreft, wij hopen dat de verstandhouding tussen de Prot. Chr. raads leden zal blijven zoals ze is geweest.

Raadsnotulen

Klundert: mei 1933-1996 | 1962 | | pagina 132