Dhr. DE BAKKER: Heeft de gemeente
liet recht van die sloot een waterlossing te
maken?
De VOORZ.: Hoe is de toestand nu?
Dhr. DE BAKKER: Wij zouden zeggen,
een dood eind sloot.
De VOORZ.: Wie heeft het eigendoms
recht daar over? Slechts de helft van de
sloot is eigendom van v. d. Ree.
Dhr. DE GASTAls die keerdam later
weggaat en door het zware vervoer (auto's
enz.) de kant toch verzwakt, dan kan er al
tijd nog van gemeentewege ingegrepen wor
den, door bijv. dat stuk naast het huis te
rioleeren.
De VOORZ.: Het zijn allemaal veronder- ^]f\
stellingen, die gemaakt worden.
Dhr. DE GASTOnderweg zie ik nog wel
eens kanten van slooten die door de stroom
weggezogen worden.
Dhr. v. d. WIEL: Het peil is van dien
aard, dat er geen bezwaar tegen bestaat.
Dhr. VERMEULEN: Volgens de archi
tect heeft het water een verloop dat kort
genoeg is.
Dhr. MUNTERS: Als er bezwaar was
voor instorting van de kant, dan was het al
lang gebeurd, 's Zomers staat de sloot vaak
droog. Moch het blijken, dat de kant ver
zakt, dan kan er nog altijd in voorzien wor
den.
Dhr. DE GASTfHet is natuurlijk een groot
verschil of die kant droog door natuur
gesteldheid, of doordat het water lager
komt. Door natuurgesteldheid wordt die
kant hard, het andere kan het geval zijn
bij regenachtig weer, dan is de kant zacht.
De VOORZ.: Wij zullen dus dhr. v. d. Ree
mededeelen, dat er geen bezwaren tegen zijn
We zullen natuurlijk altijd rekening houden
met zijn belangen.
Goedgekeurd.
3. BENOEMING ONDERWIJZERES
O. L. SCHOOL.
De VOORZ.: Op de voordracht staan:
le. Mej. Dobbenburgh van Bergen op
Zoom;
2e. Mej. van Elsakker van St. Philips-
land;
3e. Mej. Meuienbroek, Giessen.
Er wordt tot stemming overgegaan. Voor
stembureau fungeeren de heercn: de Vries,
Vermeulen en Verhoef.
Met algemeene stemmen wordt mej. Dob
benburgh gekozen.
De VOORZ.: Mej. Dobbenburgh is dus
gekozen tot onderwijzeres aan de O. L.
School te Moerdijk. Datum van ingang 1
September.
4. EGAL1SEEREN BEGRAAFPLAATS
IN WERKVERSCHAFFING.
De VOORZ.: U weet, dat de begraafplaats
te klein wordt. Er moet noodig een stuk bij.
Dat kan heel mooi, en wel zoo, dat het ge
heel behouden kan worden. Het werk kan
uitgevoerd worden in werkverschaffing. Dat
is heel prettig voor de gemeente.
Dhr. MUNTERS: Wij zijn er gisteren ge
weest en toen heb ik iets gezien, dat voor
komen had kunnen worden. Maar nu we
toch aan het egaliseeen zijn, moeten we
ook de aandacht schenken aan die sloot of
greppel die het kerkhof in twee stukken ver
deeld. Als die sloot dichtgemaakt wordt,
en in plaats daarvan een buis komt met
groote capaciteit, dan krijgen we weer ee:
iieele ruimte. Het moet tenslotte toch ge
beuren. Het lijkt me veel beter, dat het nu
gebeurt.
Dhr. VERHOEF: Wordt die werkverschaf
fing uitgevoerd door de gemeente of dooi
de Centr. werkverschaffing?
De VOORZ.: Door de centr. werkver
schaffing. Maar toch zullen Klundertsche
menschen te werk gesteld worden.
Dhr. VERHOEF: Bij een werkverschaffing
die nu uitgevoerd wordt onder de gemeente
Klundert, werken maar en kele menschen uit
Klundert.
De VOORZ.: Ik zal mijn best doen om
zooveel mogelijk Klundertsche menschen te
werk te stellen.
Dhr. DE BAKKER: Ik vind het logisch
om die sloot op het kerkhof dicht te maken.
De VOORZ.: Het is de vraag of er grond
voor is. Misschien wel en daarbij wijs ik op
punt 5 van de agenda. Als van die werk
gelegenheid grond vrij komt, zou men die
daarvoor kunnen gebruiken.
Dhr. H. KNOOK: Het is me niet recht dui
delijk dat het indertijd niet gebeurd is. Ze
hadden dat dadelijk kunnen doen. Er zullen
wel bezwaren zijn geweest, bijv. van ontwa
tering.
Dhr. DE BAKKER: Vroeger dacht men
wel meer, dat iets niet kon, en dat nu wel
kan.