Aldus onveranderd vast
gesteld door den RAAD der
gemeente KLTJM)ÏÏRT in zijne
openbare vergadering van
22 Februari 1939.
De Voorzitter,
Ue Secretaris,
den toestand dus niet erg gunstig in ziet.
Zouden we geen schuilkelders kunnen ma
ken? We hebben bijv. de Wallen toch, die
goed gelegen zijn. Misschien kan het met
steun van het Rijk in werkverschaffing. De
massa schiet er anders weinig mee op, want
het zullen er toch maar een paar zijn, die
gasmaskers hebben.
De VOORZ.: U snijdt een belangrijk punt
aan. De schuilplaatsen zijn echter erg duur.
De menschen zullen grootendeels aangewezen
zijn op zelfbescherming. Voor de schuilkel
ders is de eerste vereischte, dat ze onmidel-
lijk te bereiken zijn. Maar dan is 't nog de
vraag, of men er tijdig in kan komen.
Dhr. R. DE GAST: In dat opzicht is de
Radio toch een uitkomst. Men kan ons bijv.
al waarschuwen, als de vijandelijke vliegtui
gen boven Breda zijn. Spr. geeft verschillende
voorbeelden, waar men schuilgangen kan
maken.
Dhr. A. B. C. VAN DER HEIJDEN ge
voelt ook voor dit idee.
De VOORZ. wijst er nog eens op, dat het
ontzettend veel geld kost. Spr. vraagt of onze
specialist (dhr. F. A. van Drimmelen, ge
meente-secretaris) er iets naders van kan
zeggen.
Dhr. F. A. VAN DRIMMELEN geeft hier
op de volgende uiteenzetting:
Het aanleggen van schuilplaatsen voor de
burgers is het werk van de particulieren zelf.
Zou de Overheid daartoe overgaan, dan zou
den vele moeilijkheden rijzen.
De gemeente heeft te zorgen voor behoor
lijke schuilgelegenheid voor het personeel van
den luchtbeschermingsdienst, v<_ ')r zoover het
terstond moet opkomen. Ook moet het per
soneel van de noodige uitrusting worden v|
voorzien - naast gasmaskers zal ook gas-
kleeding voor een gedeelte der manschappen
moeten worden aangeschaft. En dan de ver
zekering van het personeel.
Deze personen geven zich vrijwillig ten
bate van hun medemenschen. Daarom hebben
zij recht op een behoorlijke uitrusting en
dient te worden gezorgd, dat bij eventueele
ongevallen hun gezinnen daarvan niet de
dupe worden.
In dat alles kan door de thans gevoteerde
gelden nog maar gedeeltelijk worden voor
zien. Er moet dus op worden gerekend, dat
straks meer wordt aangevraagd. Daarom kan
de gemeente er nog niet aan denken, door
het inrichten van vele schuilplaatsen, het
werk der particulieren te gaan overnemen.
Wel zou de gemeente en daaraan is ook
in het luchtbeschermingsplan gedacht aan
particulieren grond beschikbaar kunnen stel
len voor het inrichten van gezinsschuilplaat
sen.
Overigens komt de loopgraaf in tegen
stelling met hetgeen wel eens wordt be
weerd niet op de eerste plaats. Wie over
een flinken kelder beschikt doet in den regel
beter deze voor schuilplaats geschikt te ma
ken.
Dhr. K. J. MUNTERS acht de schuilplaats
op de Wal zeker niet voldoende. Spr. zou er
niet graag in gaan. Als het regent, sijpelt
het water er al door.
De VOORZ. bestrijdt deze meening. Spr.
heeft liever regendruppels op zijn hoofd, dan
granaatsplinters.
Dhr. W. A. DE VRIES wijst op de afwate
ring in den Stadhuisring.
De VOORZ. zal het bespreken met de ge
meente-opzichter.
Dhr. R. DE GAST vraagt nog eens naai
de Waterleiding op het Woonwagenkamp.
leder oogenblik komt men bij de Gasfa
briek. De menschen van het kamp moeten
zelf maar mee helpen betalen.
De VOORZ.: Ik wacht nog steeds op be
richt van den Directeur der Waterleiding, die
wel schreef, dat leiding naar de Tonnekreek
mogelijk is. Ik zal er nog eens om schrijven.
.met gebed
Hierna sluit de Voorzitter de vergadering
met dankgebed.