zoo onhandig ,dat de militairen gratis kunnen deelnemen aan den cursus, geduren de 2 avonden van 3 uur. In verband daarmee stellen B. en W. voor, om de school maar toe te staan. Na eenig*e bespreking worden B. en W. gemachtigd deze aangelegenheid in overleg met Zwaluwe te regelen. c. Een schrijven van den Commandant van het Zuidfront der Vesting Holland over de doorgraving van Hilschestraat en Blauw- hoefschen weg, waarmede hij accoord kan gaan, mits het verkeer regelmatig doorgang hebbe. Dit stuk wordt voor kennisgeving aange nomen. d. Mededeeling inzake bouw gasoven. In een vorige vergadering, aldus de voor zitter, is mededeeling gedaan, over den toe stand van de gasfabriek. Er bleek toen nog een kleine hoop te bestaan, dat de ramp nog eenigszins beperkt zou blijven. Met die hoop hebben we nu een poosje rondgeloo- pen, maar thans is er finaal den bodem aan ingeslagen. De fundeering van den bedoel den gasoven bleek n.l. in het geheel niet krachtig genoeg. De harde werkelijkheid is, dat de gasfabriek nu weer extra-kosten vraagt. Die zijn veroorzaakt door het feit, dat de fundeering indertijd niet goed gelegd is. De heeren bouwers hebben toen op een veel te kleine fundeering den oven gebouwd. Het gevolg is, aat de oven thans pl.m. 15 cm. voorover hangt. Dhr. DEN BAKKER: Waren dat toen ook deskundigen, die dat zoo netjes hebben klaar gemaakt? De VOORZ.: Dat weet ik niet. Dhr. DEN BAKKER: Ze hebben er schijn baar wel niet veel van gesnapt! De VOORZ.: Ik geloof, dat ze het veel goed begrepen hebben. We moeten het meer van dezen kant bekijken, dat de bouwers geen eerlijk werk hebben geleverd. Dhr. HERMUS: Hoe lang is dat al ge leden? De VOORZ.: Ongeveer 10 jaar. Dhr. HERMUS: Kan men er nog iemand voor aansprakelijk stellen? De VOORZ.: Neen, vast niet. Dhr. DE VRIES: En hebben we nu de zelfde bouwers weer? Hierop wordt ontkennend geantwoord. De VOORZ.: Kan de Raad het voorstel van B. en W., om de fundatie te vernieuwen, goedkeuren? Het kan wel niet anders, maar wellevendheidshalve moet deze vraag nog wel even gesteld worden. Dhr. HERMUS: Op deze wellevendheids- vraag zullen we ook een wellevendheidsant- woord geven. Het is een hard gelag, voor de gasfabriek al weer geld te moeten uitgeven. De kwestie is echter, dat de Raad in dezen niet kan beoordeelen, of het noodig en gewenscht is of niet. Als het absoluut noodzakelijk is, dan moet het ook, jammer is het echter, dat nog geld moet worden gegooid in dezen bo- demloozen put. De eene deskundige spreekt den anderen trouwens ook al tegen. De eene is meer economisch, de andere meer technisch onder legd. Zouden we niet eerst eens het Econo- misch-Technisch Instituut in Tilburg raad plegen? Dat is economisch én technisch Dit instituut zou dan een onderzoek moeten instellen naar het gasbedrijf in zijn geheel. Het kan ons dan misschien een saneerings- plan voorstellen. Een crediet, als B. en W. thans aanvragen, al is 't niet enorm groot, lijkt mij onverantwoord, omdat wij niet kun nen beoordeelen, of het noodig is, dit geld uit te geven, of niet. Als het Instituut te Til burg op de een of andere wijze wordt inge schakeld, dan wel. De VOORZ.: We hebben er wel meer des kundigen bij gehad, uit Den Haag. Onder meer is breedvoerig bestudeerd, of aanslui ting bij Zevenbergen gewenscht was of niet. We weten nu eenmaal, dat het bedrijf niet rendabel is. Dat komt ieder jaar uit door de rekeningen. Het is nu eenmaal niet aan genaam, dat de gemeente steeds weer moet bijbetalen. Maar we moeten de zaak anders stellen: als we niet doorgaan met het bedrijf, zijn we niet verantwoord. De gasfabriek is van de gemeente en we mogen die maar niet direct stopzetten. Ons bedrijf moet voort gaan Dhr. HERMUS: Moet dat? Waarom moet dat? De VOORZ.: Het bedrijf moet doorgaan voor de gemeentenaren. Het is van de ge meente. Wat de bouw van den oven betreft, moe ten we kiezen of deelen. Zijn we het er over eens, dat de fabriek moet blijven, dan moet de bouw van den oven ook doorgaan. We kunnen niet zeggen: zet het bedrijf stop! Het bedrijf is niet goed, dat weten we. Daar is weinig aan te doen. Maar of het moet blij ven of niet, dat is geen probleem! Dhr. HERMUS: Dat is wel een probleem. De VOORZ.: Neen. We zien de oplossing wel, al is die ook duur. Dhr. HERMUS: Daarom vind ik het geen oplossing.

Raadsnotulen

Klundert: mei 1933-1996 | 1939 | | pagina 38