besluit genomen en daaraan is de hand niet
gehouden.
Dhr. VERMEULEN vult het gesprokene
van dhr. Munters aan, en zegt dat de Raad
een besluit genomen heeft om een stuk wei
land als bouwland te verpachten. Nu blijkt
dat het weiland is gebleven.
VOORZ.: De conclusie is dat het gepacht
moest worden als bouwland.
Dhr. MUNTERS: Het is buiten den Raad
om bewerkt.
VOORZ.: Als hij liet pachten wil voor
bouwgrond en het weiland laat, dan is daar
niets tegen in te brengen. De gemeente heeft
het als bouwgrond verpacht.
Dhr. MUNTERS: Bij verpachting heb ik
gedacht ,dat het beter was voor den. grond.
Maar het gaat er mij meer om, dat hier lui
buiten den Raad meer invloed hebben, dan
de Raad zelf.
Weth. VAN DE WIEL: Inderdaad is in
onze Commissie besloten het te verhuren als
bouwgrond, omdat we van oordeel waren
dat het als bouwland meer zou opbrengen.
Het gaat er om hoe groot de opbrengst is.
Uit den aard der zaak is dit bij bouwgrond
grooter dan weiland. Als er echter geen bij
zondere omstandigheden zijn, staat het den
pachter vrij wat hij doen wil.
Dhr. MUNTERS: Weth. van de Wiel
draait er juist om heen. De Raad heeft be
sloten om het om te rijden. Als men van
oordeel was, dat het beter anders was, dan
had men den Raad opnieuw kunnen bewer
ken. Toen ik er den Wethouder en Voorzit
ter naar vroeg, wisten ze er niets van. Dat
is niet in orde.
Weill. VAN DE WIEL: Is dat zoo erg?
Weth. KNOOK verklaart geen landbouw
deskundige te zijn, maar het komt hem voor,
dat er geen enkel bezwaar is. Wanneer het
beter is voor het land, dat het als bouwland
wordt gebruikt, komt de zaak anders te
staan. In den regel wordt het echter anders
opgelost. Dan mag iemand die bouwland
huurt het ook als weide gebruiken. Een
weide omrijden en als bouwland gebruiken
mag echter zoo maar niet. Bouwland huren
de, als weiland gebruikende, daartegen is z.i.
geen enkel bezwaar.
Dhr. MUNTERS: U draait in liet zelfde
kringetje. Als het bouwland moet worden,
moet het geen weiland blijven.
Weth. KNOOK: Is het beter voor het
land, als men het bouwland maakt?
Dhr. MUNTERS: Beter? daar gaat het
93iet om. Het gaat er over, dat de lui buiten
'den Raad de zaak beïnvloeden. Spr. zou wel
•eens de notulen voorgelezen willen hebben.
DE SECRETARIS leest op verzoek van den
Voorzitter het gedeelte uit de betreffende
notulen voor. Daaruit blijkt dat de Commis
sie eerst heeft geadviseerd, dit en nog een
ander perceel, als weiland te verhuren. La
ter was de Commissie van oordeel, dat dit
geen goed weiland kon worden en dat het
beter was dezen grond om te rijden. Daar
om werd voorgesteld de pacht gelijk te stel
len niet die van bouwland. Hiertoe wordt
besloten.
Er is dus niet besloten, dat het omgereden
moest worden. Alleen dat dit stuk weide in
pachtprijs gelijk gesteld zou worden met
bouwland.
VOORZ.: Er is dus aan het verzoek van
'Commissie en Raad voldaan.
Dhr. MUNTERS wil er verder over zwij
gen.
Weth. KNOOK: Ieder oogenblik kan het
stuk weide omgereden worden.
VOORZ. vraagt of dhr. Munters zijn be
noeming als lid van de Gascommissie aan
vaardt. We zijn anders wel afgedwaald.
Dhr. MUNTERS: Men moet de gelegen
heid te baat nemen, om het naar voren te
brengen.
VOORZ.: Blijft U bij uw bezwaar?
Dhr. MUNTERS: Ik zal het maar doen.
hl de vac. van dhr. D. C. Knook in de
Gascommissie worden als candidaten door
den Voorzitter genoemd, de heeren de Gast
en Vermeulen.
Dhr. de Gast wordt benoemd met 6 stem
men tegen 4 dhr. Vermeulen.
Vac. Ligthart zijn als cand. de heeren J.
Verhoef en C. de Roos. De heer J. Verhoef
wordt hieruit gekozen met 9 stemmen. (1 op
dhr .de Roos.)
Beide heeren aanvaarden de benoeming.
Dhr. J. VERHOEF spreekt zijn vreugde uit
na een langen tijd van afwezigheid weer in
deze Commissie te mogen zijn teruggekeerd.
8. BENOEMING COMMISSIE NAZIEN
GEMEÉÉTEREKENING 1934.
VOORZ. wijst deze, evenals andere jaren,
zelf aan.