O
O
(1
(i
Spr .zou graag zien dat er op elk bureau
een/wethouder zat.
VOORZ. zegt dat er verschillende wijzi
gingen in de zetels zijn gebracht, ook al om
dat dhr. Munters gezegd heeft geen Voor
zitter meer te willen zijn op Moerdijk.
Dhr MUNTERS: Vroeger zat er een Wet
houder.
VOORZ.: Is er geen speciale reden, vraagt
b.v. het publiek er naar.
Dhr. MUNTERS: Neen, maar het was
vroeger ook zoo.
VOORZ. zegt dat dhr. Geleijns naar de
meening van B. en W. recht heeft om te
Moerdijk als Voorzitter van het Stembureau
op te treden. Hij is er al zooveel jaren lid.
Hierop worden de navolgende Heeren be
noemd overeenkomstig het voorstel van B.
en W.
Hoofdstembureau:
Burgemeester: Voorzitter.
Weth. H. Knook, K. J. Munters, A. H. v. d.
Wiel en C. J. A. Ligthart, leden.
D. A. Geleijns, D. C. Knook en W. Diet-
vorst als plaatsvervangende leden.
Stembureau I.:
Burgemeester: Voorzitter.
K. Munters en A. H. v. d. Wiel als leden.
F. van Drimmelen en A, van Es als plaats
vervangende leden.
Stembureau II.:
Weth. H. Knook: Voorzitter.
W. A. de Vries en W. Dietvorst als leden.
C. Vermeulen en P. T. de Heer als plaats
vervangende leden.
Stembureau III.:
D. A. Geleijns: Voorzitter.
C. J. A. Ligthart en D. C. Knook als-ptefHs-
wrvangcndtr leden.
C. M. C. Damen en J. E. v. d. Oort als
plaatsvervangende leden.
De ter vergadering aanwezigen nemen hun
benoeming aan.
7. WIJZIGING BOUWVERORDENING.
VOORZ. deelt mede dat Ged. Staten de
Bouwverordening aan den Raad hebben ge-
renvoyeerd met een begeleidend schrijven dat
zij zich met de wijzigingen van den Raad niet
kunnen vereenigen.
Nu kan de Raad zich wel aan haar besluit
houden doch ik geloof, zegt spr., dat deze
zachte wenk beschouwt moet worden als
een opdracht en men moet het gezag onder
danig zijn.
Dhr DE VRIES kan zich met het idee van
Voorzitter niet vereenigen.
Men moet wel het hooge gezag onderdanig
zijn maar het is jammer dat er een advies
bij is van de Inspecteur van de Volksgezond
heid en spr. meent dat dit geen deskundige
is hetgeen blijkt uit de rioleeringsplannen
die straks aan de orde komen.
De Raad zal er zich echter wel bij moeten
neerleggen.
Spr. wenscht echter in de notulen te laten
opnemen dat hij geacht wordt tegen te heb
ben gestemd.
VOORZ. zegt dat hij weet dat Ir. Bolsius
deskundig is.
Hierop wordt overeenkomstig het voorstel
van B. en W. besloten, met dhr. de Vries
tegen, om de door Ged. Staten gewenschte
wijzigingen aan te brengen.
8. WIJZIGING IN STRAATBELAS-
TINGVERORDENING.
VOORZ. deelt mede dat B. en W. voor
stellen om het percentage van aanslag op de
straatbelasting vast te stellen naar de kada
strale huurwaarde.
Ged. Staten willen voor ongebouwde eigen
dommen 2
Dhr. DE VRIES vraagt of het niet mogelijk
is orn naar de gevelbreedte van de huizen te
berekenen.
VOORZ, zegt dat dit tegen heeft dat dan
voor een schuur evenveel betaald zou moe
ten worden als voor een woonhuis en iemand
die een diep smal huis heeft zou er aan voor
zijn tegenover iemand met een ondiep maar
breed huis.
Dhr. DE VRIES zegt dat het maar een
vraag is van hem.
Hierop wordt overeenkomstig het voorstel
van B. en W. besloten om de door Ged. Sta
ten en den Minister gewenschte wijzigingen
aan te brengen.
9. PLAATSEN KLUNDERT IN DE 9e
KLASSE VOOR DE PERSONEELE
BELASTING.
Zonder eenige discussie wordt besloten de