2
1. Opening.
Nadat alle aanwezige raadsleden de presentielijst hebben getekend
en deze door de voorzitter is afgesloten, opent de voorzitter de
vergadering met gebed.
2. Notulen van de openbare raadsvergadering van 9 mei 1995.
De notulen van de raadsvergadering van 9 mei 1995 worden zonder
hoofdelijke stemming ongewijzigd vastgesteld.
3. Ingekomen stukken.
Dhr. Van der Klis spreekt naar aanleiding van ingekomen stuk
nr.9, aanbieding van de streekgewestelijke begroting 1996, zijn
zorg uit over de gestegen kosten van het Streekgewestmaar
vooral ook over het functioneren van het Streekgewest. Door het
«emocratische gat wat er zit in het functioneren, worden we
teeds geconfronteerd met minder prettige zaken. Wij willen onze
vertegenwoordigers in de gewestraad goed instrueren voor wat
betreft onze visie daarop. In een vorige vergadering werd onze
instemming gevraagd met een krediet van meer dan 3 ton voor de
voorbereiding van de samenwerking tussen het Streekgewest en het
Stadsgewest Breda. Wij vroegen, waarom dat door een externe
instantie zou moeten gebeuren, en waarom niet door twee
ambtenaren uit de beide gewesten. Intussen zijn de 3 ton
uitgegeven en de fusie, althans zoals destijds beoogd, gaat niet
door. Hij vraagt de vertegenwoordiger en de plaatsvervangend
vertegenwoordiger in het Streekgewest om hun commentaar op de
begroting van het Streekgewest.
De voorzitter zegt, dat het geen verschil zou hebben gemaakt of
ambtenaren of externe deskundigen het rapport hadden gemaakt,
want daardoor is de samenwerking niet afgeblazen. Dhr. Van der
Klis wijst erop, dat het wel een gedeelte van het bedrag van 3
ton heeft gekost.
Wethouder Verstraeten wil eerst duidelijk stellen, dat hij in de
tewestraad namens de gemeente spreekt, en niet namens zichzelf,
ij zegt, dat het de bedoeling is, dat er een visie komt van de
vier Zuidwesthoekgemeenten, het cluster. Hij zal de opmerkingen
in het cluster inbrengen en, voorzover noodzakelijk, deze ook in
de gewestraad laten horen. Hij neemt aan, dat men in de
buurgemeenten dezelfde ideeën en opmerkingen zal hebben.
Dhr. Van der Klis vraagt de wethouder of zijn stellingname zal
zijn, dat hij de begroting eventueel niet goedkeurt?
Wethouder Verstraeten antwoordt, dat het hem te ver gaat om dat
zo botweg op tafel te leggen. ^^3 is doende de begroting te
bestuderen, en wijst erop dat wij ons ook moeten aansluiten bij
wat het cluster in zijn geheel gaat opmerken.
Hierna worden de ingekomen stukken door de raad voor kennisgeving
aangenomen