Wethouder van Gastel zegt toe, dat deze zaak de nodige aandacht
zal krijgen.
Na deze beraadslaging besluit de raad zonder hoofdelijke stemming
de ingekomen stukken voor kennisgeving aan te nemen.
3. Beschikbaarstelling krediet t.b.v. eventuele toepassing
bestuursdwang ingevolge artikel 210 gemeentewet.
Dhr. Buijsse merkt op, dat er thans opgetreden gaat worden tegen
de illegale situatie aan de Bredestraat. Zowel de gemeente als de
Provincie hebben hiervoor de nodige maatregelen aangekondigd.
De firma van Gastel heeft een beroep op de raad gedaan en een
afvalstoffenwetvergunning bij de Provincie aangevraagd.
Dhr. Buijsse stelt dat zijn fraktie van mening is, dat van Gastel
de zaak te lang op zijn beloop heeft gelaten. Het wordt voor van
Gastel de hoogste tijd orn de handen uit de mouwen te steken in
plaats van te jammeren en verder af te wachten. Het is nu zaak
voor van Gastel om het terrein per 1 juli a.s. schoon op te
leveren en overeenkomstig zijn bestemming te gaan gebruiken.
Hiermede kan van Gastel verdere uitvoering van handhaving
middels bestuursdwang voorkomen. De firma van Gastel beroept zich
thans op de overgangsbepaling van het bestemmingsplan. Op grond
van deze bepaling zouden zij recht hebben de bedrijfsaktiviteiten
aan de Bredestraat voort te zetten. Vragen van onze fraktie zijn
of dit beroep nog mogelijk is en of dit enige kans op succes
heeft. Ook vraagt dhr. Buijsse zich af wie er nu over dit laatste
moet gaan oordelen.
Dhr. van Agtmaal merkt op, dat de samenstelling van het gevraagde
krediet van f 65.000,-- niet in overeenstemming is met de
werkelijkheid. Men is uitgegaan van 4000 m3 zwarte grond en 400
m3 klinkers. De hoeveelheid zwarte grond zou ca. 1800 m.3
bedragen. Volgens dhr. van Agtmaal blijkt hieruit enige
onzorgvuldigheid van gemeentewege. Dit werkt ook nog door in de
berekening in het gevraagde krediet. Ook het aantal m.3 klinkers
is niet in overeenstemming met de werkelijkheid. Vermoedelijk
ligt er thans nog ca 200 m3Het gevraagde krediet is dus
gebaseerd op verkeerde gegevens en derhalve is sprake van onzorg
vuldigheid. Dhr. van Agtmaal is van mening, dat het afvoeren van
de zwarte grond en steenpuin naar de Kragge een aanzienlijke
kapitaalsvernietiging met zich meebrengt.
Dhr. van Agtmaal stelt te hebben vastgesteld, dat van Gastel geen
mogelijkheden heeft om zijn bedrijf elders te vestigen. Het
industrieterrein in Woensdrecht is namelijk vol.
Ook is door van Gastel moeite gedaan om de genoemde opslag te
verkopen. Hierin is de fa. van Gastel slechts gedeeltelijk
geslaagd. Helaas voor van Gastel komt de gemeente nu met
bestuursdwang
Dhr. van Agtmaal stelt voor - mede n.a.v. de door hem
geconstateerde onzorgvuldigheden - om dit voorstel aan te houden
en opnieuw met van Gastel in gesprek te treden inzake het terrein
aan de Bredestraat.
Wethouder Verstraeten antwoordt op de gestelde vragen.
De wethouder is het eens met dhr. Buijsse m.fo.t. de opmerking dat
van Gastel helaas de zaak te lang op zijn beloop heeft gelaten.
Het is inderdaad nu de hoogste tijd voor van Gastel om tot de
nodige aktie over te gaan. Wij staan uiteraard niet te dringen orn
bestuursdwang toe te passen.
Dhr. Buijsse brengt een aanvraag om vergunning ingevolge de
Afvalstoffenwet ter sprake. Deze zaak speelt hier niet mee en kan
hiermee niet in verband worden gebracht. Dit is gewoon een ander
hoofdstuk, d.w.z. een andere procedure over een ander gewenste
bedrijfsaktiviteit aan de Bredestraat.
M.b.t. de vraag over de overgangsbepaling stelt de wethouder, dat
illegale aktiviteiten nooit worden gelegaliseerd door een
overgangsbepaling van een nieuw bestemmingsplan.
N.a.v. de vraag van dhr. van Agtmaal over het kredietbedrag
antwoordt wethouder Verstsraetendat op een bepaalde datum een
peiling is gedaan en toen waren daar 4000 m.3 zwarte grond, resp.
400 m3 klinkers aanwezig. Het kredietbedrag is destijds hierop
berekend. Dit wil uiteraard niet zeggen, dat het bedrag
f65000hiervoor geheel nodig zal zijn. Eerst op 30 juni
1990 zuilen wij vaststellen wat daar is blijven liggen en wat de
fa. van Gastel alsnog verwijderd heeft. Wij hopen echter dat van
Gastel het terrein conform de voorwaarden zal opruimen, danwel
concrete plannen hiertoe bij de gemeente en Provincie zal
aanbieden. Hiermede kan van Gastel voorkomen, dat we de
bestuursdwang daadwerkelijk moeten gaan uitvoeren.
M.b.t. de opmerking van dhr. van Agtmaal inzake de mogelijke ver
plaatsing van het bedrijf verwijst de wethouder naar het verslag
van het N.O.B., waarin m.b.t. dit onderwerp toch enige kritische
opmerkingen naar voren worden gebracht.
DhrBuijsse merkt nog op, dat er ind.erdaad enkele onvolkomen
heden in het voorstel voorkomen. De kostprijs van e.e.a. incl
b.t.w. lijkt hem inderdaad nogal ruim bemeten. Dhr. Buijsse stelt
nergens te kunnen ontdekken of de zwarte grond en/of klinkers ook
een bepaalde geldwaarde vertegenwoordigen. Dit lijkt hem toch ook
wel relevant m.b.t. het kostenaspect.
Dhr. Verstraeten antwoordt hierop, dat er bij de kostenberekening
uitgegaan is van het meest ongunstige gevalDus wanneer echt
alles tegenzit, dan zal het maximale bedrag beschikbaar gesteld
moet worden. Wij gaan er echter vanuit, dat de kosten bij
eventuele daadwerkelijke uitoefening van bestuursdwang
aanzienlijk lager zullen zijn. Uiteraard zullen er niet meer
kosten gemaakt worden dan absoluut noodzakelijk zal blijken te
zijn. Nogmaals, wij hopen dat er helemaal geen kosten gemaakt
behoeven te worden, omdat de fa. van Gastel op korte termijn hele
concrete voorstellen aan de Provincie en gemeente zal aanbieden,
danwel. dat van Gastel het nodige aan het perceel zal verrichten,
zodat verder optreden door Provincie en gemeente overbodig zal
zijn. Het gaat te ver om het hele voorstel op te hangen aan het
werkelijke kredietbedrag. De kostenraming is gemaakt door een
derde en is gebaseerd op het maximale. Mogelijk kunnen we hierop
t.z.t. inhoudelijk nog terugkomen.