-20- Reconstructie diverse plaatsen en treffen voorzieningen. De voorzitter stelt op dit moment en vanaf deze plaats niet te kunnen beoordelen, wat nu een goede zaak is. We zullen naar deze ounten een nader onderzoek instellen. Het zijn veelal losstaande zaken, die niets te doen hebben met het doorgaande verkeer en die dus apart bekeken moeten worden. We komen hierop na het onderzoek zo spoedig mogelijk terug. Dit geldt eveneens voor de abri die gevraagd wordt in de Westerstraat. We hebben die bushalte daar verhard, zodat de mensen in ieder geval niet meer op straat gaan staan bij nat weer. Of dit nu nog verder moet leiden tot een schuilonderkomenzullen we nader moeten onderzoeken. Veel hangt af van de gebruiksfrequentie van deze halte. De lange termijnsvisie. T.a.v. de ontwikkeling van de lange termijnsvisie stelt de voorzitter dat in de opzet van de begroting/van het financieel beleid, een aantal jaren geleden is gekozen voor het vastleggen van die zaken, waarvan bekend is dat daar op vroegere of latere datum uitgaven aan ten grondslag dienen te worden gelegd. We denken hierbij aan: onderhoud van wegen, onderhoud van gebouwen, maar ook vervanging van machines en apparatuur. Dit zijn concrete zaken, daar kun je wat mee doen, want hier kun je een onderhoudsplanning of een vervangingsplanning op los laten. Dit is destijds in 1982 gebeurd, omdat we toen geconfronteerd werden met een aanzienlijke ombuigingsoperatie met als gevolg een aanzienlijke korting, waar door de bakens verzet moesten worden. We hebben toen gekozen voor een systeem, hetwelk door de beide frakties geprezen werd. Op grond hiervan is er een planning, die vastligt en die in alle begrotingen mee blijft lopen. Als gevolg van die ombuigingen houden we dan een beperkte ruimte over. Die beperkte ruimte kun je niet op grote schaal benutten, maar je zult dat bij stukjes en beetjes moeten doen. In de loop van de jaren hebben wij hier regelmatig zaken voor aangedragen, zodra de mogelijkheid daartoe zich aanbood. Hierdoor krijgt je toch een bepaalde visie op lange termijn en dit vindt U terug in de begroting. Zaken dus, waarvoor nu nog reserveringen plaatsvinden maar die de bedoeling hebben om verzilverd te worden in een uitgave ten dienst van, zodra het fonds op niveau is gebracht. U ziet dus in de begroting op tal van plaatsen de visie om te komen tot inves teringen om te komen tot het doen van de uitgaven. De meest belangrijke, de meest in het oog springende zaken die liggen dus in de begroting vast, ook in een langere termijnvisie. De voorzitter vervolgt thans met de beantwoording van de vragen van dhr.Verstraeten - Voor wat betreft de vervanging van het hoofd gemeentewerken is er overleg gepleegd met het gemeentebestuur van Putte. Dit heeft geleid tot een persoonlijke over eenkomst met de betrokken ambtenaar en onze gemeente. Deze overeenkomst houdt in, dat de ambtenaar tijdens de vakantie op dinsdagavond en verder op afroep beschikbaar zal zijn. Dit is natuurlijk niet iedere dag, maar als de noodzaak daar is, dan is hij ter beschikking. - De daling van de uitgaven t.b.v. de brandweer is ten dele structureel. Het betreft n.l. een kapitaalsinvestering, die afgeschreven is en dan verdwijnt er ineens 7.300 Daar doen we niemand tekort mee en dit is eigenlijk meer een gevolg van de uitgangspunten, welke we in 1982 aangenomen hebben. Dit betekent dus, dat er weer een kapitaalslast verdwenen is. De overige uit gaven, geraamd op 5.000,verschillen jaarlijks. De behoefte aan materiaal is namelijk ieder jaar verschillend. Hieromtrent wordt overleg gepleegd met de commandant van de brandweer en de gepeilde behoefte wordt vertaald in centen en dan komt dat al dan niet op de begroting. Alle wensen van de commandant voor het komende jaar zijn in de begroting 1988 meegenomen. De begroting sluit dus volledig aan bij wat de behoefte is van de brandweer. Deze keer is het minder, maar mogelijk is het volgend jaar weer meer. Structureel is echter wel die 7.300,verdwenen.

Raadsnotulen

Huijbergen: 1935-1996 | 1987 | | pagina 89