-5- Op dat moment n.l. worden de andere gemeenten in feite opgezadeld met de kosten, die eigenlijk voor rekening van de gemeente Putte behoren te komen. Want als deze gemeente terzake een nalatig beleid voert door de desbetreffende posten zo lang open te laten staan, dat ze oninbaar verklaard moeten worden, dan moeten de twee andere gemeenten daar later mede voor opdraaien. Dit kan nooit de bedoeling zijn en dhr. Damen vraagt zich hierbij af wat de gevolgen hiervan kunnen zijn voor het functioneren van de H.O.P. op langere termijn. - Wethouder Pelzers antwoordt hierop, dat het best mogelijk is, dat er door de gemeente Putte een soort afscheidingspolitiek wordt gevoerd. Dit is zeer moeilijk te geloven, omdat dit eigenlijk in niemands belang is. We zullen hier proberen achter te komen. Voor wat betreft de oninbare posten kan er nauwelijks een misverstand bestaan. Vorig jaar is in een H.0P-vergadering dit probleem be hoorlijk doorgesproken. De democratische meerderheid in deze vergadering was van mening, dat deze kosten voor de gemeente Putte waren en dat deze niet konden worden afgewenteld op de andere H.0.P.-gemeenten Een heel duidelijk standpunt dis, hetwelk niet door de gemeente Putte in dank werd aanvaard. Dhr. Verstraeten merkt op, dat de raad kennis heeft genomen van het standpunt van het college t.a.v. de opvang van eventuele asielzoekers e.e.a. verwoord in Uw schrijven aan W.V.C. van d.d. 25.9.1987. Mede gelet op het door de gemeenteraad terzake ingenomen standpunt kan worden gesteld, dat wij hier bepaald niet gelukkig mee zijn. Zowel door het C.D.A., alsmede door de combinatie Algemeen Belang/V.V.Dis gesteld, dat we uit humane overwegingen in principe akkoord waren met de opvang van asielzoekers. Het is echter wel zo, dat de bepalingen van de R.O.A. voor een kleine gemeente als Huijbergen onuitvoerbaar zijn. Door de gemeenteraad is gesteld, dat aan de principe-bereidheid de volgende voorwaarden dienen te worden toegevoegd: - de toewijziging van asielzoekers voor opvang binnen de gemeente moet centraal gebeuren - het woningcontingent voor deze gemeente dient ten behoeve van de opvang te worden uitgebreid, met andere woorden, opvang mag niet ten laste komen van het voor de eigen inwoners bestaande contingent,- - het contract met W.V.C. moet zonder kosten opzegbaar zijn in geval van het weg vallen van begeleiding door vrijwilligers in de sociaal-culturele sector; - aan de opvangregeling mogen voor de gemeente geen kosten verbonden zijn. Met name deze duidelijke stellingsname van de gemeenteraad met de nadere argumen tatie misten wij totaal in Uw schrijven aan het Ministerie van W.V.C. Bovendien wordt door Uw schrijven de deur voor asielzoekers in onze gemeente volledig gesloten, terwijl de gemeenteraad dit zeker niet wilde alvorens de reactie van het Ministerie van W.V.C. op de gestelde voorwaarden bekend was. Wij stellen dan ook voor om een aanvullend schrijven te zenden aan het Ministerie van W.V.C. teneinde de mening van de gemeenteraad op correcte wijze te verwoorden. - De voorzitter antwoordt hierop, dat dhr. Verstraeten heel correct heeft ge citeerd, hetgeen is besproken met de raad en het college, terzake de asiel zoekers. Het college had de behoefte hierover met U in overleg te treden in informele zin. Dit getuigt ervan, dat het ook voor ons een moeilijke zaak was en daarom ook hebben wij hierover in een breder kader van gedachten gewisseld. Tot tweemaal toe hebben wij met U daarover gesproken. In het eerste gesprek hadden we niet de informatie die we in het tweede gesprek hadden, met daarbij de conclusie, dat naar mening van het college niet meer aan de gestelde voor waarden kon worden voldaan. U heeft correct gesteld, dat een gemeente als Huijbergen onmogelijk op adequate wijze opvang, begeleiding kan verzorgen. Ook de andere gemeenten in de Zuidwesthoek zijn die mening toegedaan. Met name ging het echter om geen extra geldmiddelen en geen aantasting van het woningbestand. Een volledig kostendekkend plaatje dus. Ook bij het wegvallen van hetzij de huisvesting, hetzij de begeleiding in de vorm van vrijwilligers, zou ontbinding van het contract met W.V.C. mogelijk moeten zijn. De gemeente sluit echter de overeenkomst met W.V.C. en deze kan niet tussentijds beëindigd worden. Het Ministerie van W.V.C. laat hier geen ruimte voor. De overeenkomst vervalt pas bij intrekking van de R.O.A. en nooit eerder. Het is zelfs zo, dat wanprestaties gestraft zullen worden, d.w.z. dan niet nakomen van de overeenkomst vervolging als sanctie heeft.

Raadsnotulen

Huijbergen: 1935-1996 | 1987 | | pagina 64