ft -7- De voorzitter stelt hetgeen dhr. Damen zegt, volledig te kunnen onderschrijven en dat dit ook de argumenten zijn waarom het college van B&W het voorstel, dat thans ter tafel ligt, heeft gedaan. Dhr. Verstraeten zegt dat zijn fractie wat moeite heeft met het voorstel. Zoals het voorstel er nu ligt, zegt dhr. Verstraeten een goede bodem te missen, waaruit blijkt wat nu een r.v.c. zo sterk maakt. Als je nu de taakomschrijving van de r.v.c. vergelijkt met die van ons hoofd openbare werken, dan zie je weinig verschil. Het is onze fractie niet duidelijk wat nu het voordeel voor de gemeente Huijbergen zou kunnen zijn. Wij missen bovendien - en dat vinden wij ook belangrijk - het kostenaspect van de r.v.c. Ons voorstel is dan ook om dit agendapunt aan te houden en de volgende vergadering terug in te brengen met nadere argumentatie en een kostenopzet. De voorzitter antwoordt hierop, dat uit de vraag van dhr. Verstraeten blijkt, dat hij de kern van de zaak mist; waarom de r.v.c. nu juist datgene aan de gehele volks huisvestingsaangelegenheid toevoegt, dat een zelfstandig opereren niet heeft. De bedoeling is dat de r.v.c. coördineert en bij het toedelen van woningbouw- contingenten overleg pleegt en dit gebeurt op dit ogenblik niet. Op dit moment worden de woningen n.a.v. de woningaanvragen van de gemeenten op provinciaal niveau bezien en toegewezen. Wanneer nu door de r.v.c. een verdeling van het woningbouw- contingent plaatsvindt en deze verdeling wijkt af van hetgeen de gemeente aanvraagt, dan vindt hierover overleg plaats. Er zijn voorbeelden waarom je in een bepaald jaar nu juist één of meer woningen meer nodig hebt b.v. om de exploitatie van een afronding van een bestemmingsplan rond te krijgen of om een andere reden waarom je juist iets meer nodig hebt dan je zou hebben gekregen bij een provinciale toebedeling. Hier geeft dan het niveau waarop de toewijzing en toebedeling plaats vindt de mogelijkheid om daar op in te spreken of gezamenlijk met elkaar te overleggen. Dhr. Damen heeft het al gezegd, we zijn niet de eerste, maar de laatste, die toegetreden zouden zijn tot het instituut. We hebben via ons streekgewest uitvoerige informatie gekregen over het streekgewest Breda, waar de r.v.c. al een jaar of vijf functioneert en daaruit is gebleken, dat ook voor de kleine gemeenten, en misschien juist voor de kleinere gemeenten, de r.v.c. bijzonder heilzaam heeft gewerkt. Dit tot tevredenheid van de gemeentebesturen in die regio. De r.v.c. blijkt dus in de praktijk duidelijk positief te werken en vandaar is er een warm pleidooi gehouden voor de totstandkoming. Met betrekking tot de financiële aspecten vervolgt de voorzitter, dat deze staan weergegeven op pagina 5 van het voorstel van de gewestraad. Hierbij wordt gesteld, dat de meerkosten het eerste jaar worden gedekt uit de algemene bestemmingsuitkering, in het tweede jaar is dat nog voor tweederde en voor het derde jaar nog voor eenderde. Voor een groot deel worden dus de kosten al vanuit andere bronnen bestreden. De kosten voor onze gemeente zijn dus gering, terwijl hiertegenover staat een kosten besparing voor de deelnemende gemeenten van 80.000,vanwege het stopzetten van de gemeentelijke activiteiten. De kosten per gemeente worden niet precies aangegeven, maar dat is een kwestie van omslag. Resumerend stelt de voorzitter dat dit agendapunt uitvoerig aan de orde is geweest en niet alleen omdat we thans reeds weten, dat het geen direct effect heeft, maar wellicht gericht op de toekomst, vragen wij U thans in te stemmen met het voorstel. Na deze beraadslaging besluit de raad zonder hoofdelijke stemming conform het voor stel van het dagelijks bestuur. 15. Overschrijdingsuren vakonderwijs 1987/1988. Mevrouw v.d. Elshout zegt te hebben vernomen, dat het muziekonderwijs het afgelopen schooljaar, zowel door de leerlingen als de leerkrachten als zeer positief is ervaren. Het betreft niet alleen zingen, maar ook expressie. Het is gericht op de algehele ontplooing van het kind. Het is een moderne vorm van muzikaal onderwijs, waarvoor speciaal deze onderwijskracht is aangetrokken. Ook de leerkrachten hebben de lessen gevolgd d.w.z. actief deelgenomen aan de lessen. Het zou een investering op lange termijn zijn om dit nog even door te zetten. Onze fractie vindt de kosten acceptabel n.l. f 2.500,per jaar, hetgeen neerkomt op 0,31 per inwoner per jaar.Voor de doorstroming naar Fravino en St. Cecilia acht men het muziekonderwijs ook van belang.

Raadsnotulen

Huijbergen: 1935-1996 | 1987 | | pagina 36