-4-
8. Vaststelling vergoeding vakonderwijs 1983.
Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming besluit de raad conform het
voorstel van het dagelijks bestuur.
9. Rondvraag.
a._P3^aatsen witte JLijn_in_ boch^t We<£ naar_Wouw.
De heer van Gastel merkt op, dat er bij de aanleg van het fietspad Weg naar Wouw
een onduidelijke lijn op de hoofdweg werd gezet. Problemen komeö er, als je vanaf
de Wouwse Plantage komt en de bestaande witte lijn wilt volgen.
Hij vraagt of die rode (ongebruikelijke) lijn niet door een witte vervangen kan
worden, waardoor de situatie ter plaatse meer duidelijk wordt.
De voorzitter beantwoordt uitvoerig dit verzoek, verband houdende met het her
profileren van deze weg tussen het Overberg en de Veenbes.
Dit zou aansluitend aan de aanleg van dit fietspad geschieden, waarbij ook nog
een slijtlaag op het fietspad zal worden aangebracht. De rode streep wordt geplaatst
tijdens de uitvoering van werken. De voorzitter is het met de heer van Gastel eens
dat het op dit ogenblik misleidend is, maar z.i. gaat het werk zeer binnenkort verder.
b._Meldeii en_pjDruimeii van kadavers^
De heer van Gastel zegt een vraag, of eigenlijk een klacht te hebben over het opruimen
van kadavers. De boeren hebben n.l. problemen met het opgeven van kadavers, vooral
als er soms nog een vrije dag bij komt, omdat het gemeentehuis dan 3 of meer dagen
gesloten is. Hij doet de suggestie om in die situatie alhier of elders toch een
telefonische opgave mogelijk te maken.
De voorzitter antwoordt hierop, dat hierin wijziging gaat komen volgens een systeem,
dat ook al bij de Vleeskeuringsdienst te Breda gevolgd wordt. Meldingen gebeuren
daarbij rechtstreeks en moeten op een band worden ingesproken. De gemeente is er
dan niet meer bij betrokken. Dit nieuwe systeem zou al ingevoerd zijn, ware het niet,
dat de hele Vleeskeuringsdienst Roosendaal wordt opgeheven per vermoedelijk 1 augus
tus a.s.dit kom nog in de raden van de a«ingesloten gemeenten aan de orde.
De heer van Gastel zegt dit een goede oplossing te vinden, mede omdat kadavers de
laatste tijd nog al lang aan de weg liggen, hetgeen vooral bij zomerdag wel bezwaar
lijk is.
£._MoeiLliJkhed£n_bij_ognetin2..
De heer van Aert zegt kortgeleden getuige te zijn geweest van een conflict tussen
een ambtenaar van onze technische dienst en een inwoner van deze gemeente.
Hij wil hierbij voorop stellen, dat, wat hij hier aan de orde stelt, geschiedt met
goedkeuring van de betrokkene.
Deze ambtenaar werd bijgestaan door een gemeente-werknemer en een man, die vroeger
bij de gemeente heeft gewerkt.
Het ging over een opmeting, waarbij men ongevraagd op de grond van de eigenaar liep
en er paaltjes plaatste. Spreker acht dit niet op z'n plaats; het was toch een
kleine moeite geweest om dit mede te delen, dan waren er geen moeilijkheden geweest.
Ook het kadaster doet dit niet ongevraagd. Verder vraagt hij zich af wat de niet
meer in gemeentedienst zijnde man met deze opmeting te meiken had. Het bovenstaande
zou in opdracht van de burgemeester gebeurd zijn.
De voorzitter zegt deze situatie te kennen en het dus niet nodig is het antwoord op
deze vraag te verschuiven naar een volgende vergadering. Met de betrokken eigenaar
heb ik een gesprek gehad, zegt de voorzitter. Het is inderdaad geschied, zoals de
heer van Aert naar voren bracht. De mensen zijn 's morgens vroeg 8 uur) bij deze
eigenaar aan de deur geweest, maar dit was kennelijk nog te vroeg. Men is toen maar
gaan meten en hebben daarbij vermoedelijk de grens van een terrein overschreden.
Dat heeft wat problemen opgeleverd, maar na het hierboven omschreven gesprek, denk ik,
dat de eigenaar precies weet, hoe het gegaan is.
Wat de aanwezigheid van de 3e man betreft, zegt de voorzitter, dat deze gevraagd werd,
omdat de door het kadaster geplaatste punten niet teruggevonden konden worden en hij
deze nog wel wist aan te geven. Dit geschiedde in opdracht van het dagelijks bestuur.