-2-
De heer Pelzers zegt, dat hetgeen op pagina 5 onder regel 6 niet is geformuleerd
zoals hij dat bedoeld heeft; hij verzoekt in plaats daarvan op te nemen dat
regels moeten worden gesteld, juist om schaden aan derden te voorkomen.
De voorzitter vraagt of de raadsleden ermede akkoord gaan, dat denotulenworden
gewijzigd als hierboven gevraagd; zonder hoofdelijke stemming besluit de raad
hiertoe
Met inachtneming van het bovenstaande worden de notulen hierna onder dankzegging
san de samensteller goedgekeurd en gearresteerd.
3. ingekomen stukken.
Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming besluit de raad deze stukken
voor kennisgeving aan te nemen.
4. Subsidie Scouting Hüijbergen "De Woudlopers".
De heer van Gastel merkt op, dat het is voorgekomen, dat een vereniging werd
opgeheven, die met subsidie van de gemeente werd opgericht en in stand gehouden;
hij vraagt de voorzitter waar op een gegeven moment de materialen van deze
verenigingen blijven en of deze dan niet aan de gemeente toekomen.
JDe voorzitter acht de opmerking van de heer van Gastel correct.
NDit is recentelijk ook voorgekomen en het college van burgemeester en wethouders
heeft over de bezittingen gesproken. Er zou nog getracht worden een nieuwe start
te maken. Dit wordt nauwlettend in de gatéftgehouden
Na deze beraadslaging besluit de raad zonder hoofdelijke stemming conform het
voorstel van het dagelijks bestuur.
5. Bestemmingsplan Buitengebied.
De heer Buijsse zegt, dat zijn fraktie dit voorstel van het dagelijks bestuur ten
zeerste toejuicht; zij onderschrijven volledig de in het voorstel naar voren
gebrachte punten en in het bijzonder de door het dagelijks bestuur naar voren
gebrachte bezwaren met betrekking tot het kamperen in deze gemeente.
Hüijbergen wordt gekenmerkt door het grote aantal kampeerders, die hier verblijven.
In het belang van de jeugd en onze eigen middenstand moeten we dit zien te hand
Het laatste punt inzake de zones, waarop op grond van de Wet Geluidshinder niet
gebouwd mag worden, is hem niet erg duidelijk. Zo er gebouwd mag worden zal dit
zó ver van de hoofdweg moeten geschieden, dat je hem daarvoor een fiets zult
ffloeten geven.
De heer van Gastel leert op pagina 5 (midden) van het voorstel, dat meer dan 2450
voertuigen onze hoofdwegen per etmaal berijden. Hij vraagt of deze cijfers goed
berekend zijn, wanneer deze zijn gemeten en of ze zijn ingeschat.
De heer van Gastel zegt, dat aan de blauw omlijnde gebieden de goedkeuring is
onthouden. Het is hem niet duidelijk, wat de gevolgen daarvan zullen zijn.
De heer Pelzers zegt terzake geen vragen te hebben; hij wil echter wel zijn
adhaesie aan dit voorstel betuigen. Spreker komt terug op hetgeen hij in de
vorige vergadering over het geven van regels heeft gezegd.
Hegels dienen inderdaad gegeven te worden, maar dan wel zo min mogelijk.
Er wordt hier voorbijgegaan aan de werkelijkheid.
De heer Pelzen is mede van oordeel, dat het goed'is voor de jeugd en de middenstand
alhier, dat de bestaande kampeerplaatsen en dan onder te stellen regels voor dit
doel beschikbaar blijven.
De voorzitter zegt de hierboven gestelde vragen en bemerkingen als volgt te kunnen
beantwoorden.
De Wet Geluidshinder is gedeeltelijk op 1 januari 1982 in werking ^treden; 28
dagen later, n.l. op 28 januari 1982 heeft Uw raad het bestemmingsplan Buitengebied
vastgesteld. Hoofdstuk VI van deze wet bepaalt, dat in het besteramingsp an e
afweoinaen van deze qeluidshinder dienen te worden gesteld.
SStTor SIalputserae Staten dere rode lijnen op het pl.n werden opgenomen.