Spreker stelt, dat die riolering er toch moet komen; hij vraagt de voorzit ter daarom of het niet mogelijk is nu al iets aan die "stinkboel" te gaan doen. De voorzitter zegt dat om op de persleiding te kunnen aansluiten Berst de plaats dient te worden aangewezen, waar een garnaaltje moet komen. In over leg met het Waterschap dient hiervoor een plan te worden ontworpen. Het is niet de bedoeling tot 1985 te wachten, met de plaatsbepaling, daar aan wordt nu al gewerkt. De heer Appelboom wijst er nogmaals op, dat hier een open riool voor deze huizen loopt. De voorzitter zegt dat de beleidsnota aangeeft dat de zaak grote urgentie heeft. Om evenwel geen onnodige kosten te maken zal het nodig zijn dat de ligging van de persleiding van het Waterschap en het gemeentelijk riool op elkaar is afgestemd. De heer Appelboom hoopt, dat we voor 1980 al iets meer over deze zaak zul len weten. De voorzitter zegt dat de raad deze zaken t.g.t. nader moet bezien; het ge meentebestuur zit intussen echter niet stil. De heer Appelboom spreekt over het plan Zonnedauw en vraagt hoever het staat m8t de plannen om voor de grotere jeugd aldaar een speeltuin te maken. De voorzitter antwoordt hierop, dat in een vergadering van het dagelijks be stuur een plan werd besproken tot het maksn van 3 speelobjecten. Bestellin gen zijn reeds gedaan. De heer Appelboom zegt over het bouwterrein voor "belangrijke personen" wel een aantal vragen te hebben, De heer douws interrumpeert de spreker met de mededeling, dat de burgemees ter er een van was en dat overigens de bepaling naar zijn mening niet meer zou moeten gelden. De voorzitter zegt die uitspraak ook gelezen te hebben en voegt er aan toe geen behoefte te hebben hierop nader in te gaan; laten we dit maar vergeten. De hoer Appelboom vraagt, of deze wijze van verkoop zo maar kan. De voorzitter antwoord hierop, dat hierover nergens iets in de besluitvor ming staat. De heer Appelboom zegt terzake nog een aantal leuke vraagjes te hebben, die thans nogal "in ths picture" staan. De heer Appelboom zegt vernomen te hebben, dat deze grond thans weer te koop is; hij vraagt of dit waar is. De voorzitter zegt, dat hem hiervan niets bekend is; in een eerder gehouden vergadering van de raad werd besloten, dat de grond voorshands niet zal wor den verkocht. De heer Appelboom zegt hiermede heel blij te zijn. De heer Appelboom deelt mede iets anders met dit plan Zonnedauw voor te staan waardoor de leefbaarheid zeker bevorderd zal worden; hij dsnkt hierbij aan de bestemming van dit terrein voor dorpsplein of brink; een plaats, waar je bij een komt voor het houden van kermis, volksfeest, koninginnedag, muziekfeest, jaarmarkt en verdere activiteiten. Het is hBt laatste stukje grond, wat de gemeente in handen heeft; het is een beetje centraal gelegen en daarom bijzonder geschikt om in onze plaats als typisch dorpsplein te fungeren. Voor de woningbouw krijgen wb een nieuw bestemmingsplan Demorstraat en mede om die reden zou het een verlies voor Huijbergen betekenen, als daar huizen zouden komen. Spreker wijst op de bouw van het gemeenschapshuis De Kloek, wat men nooit vol zou krijgen. Het is zoals allen bekend is, al jaren overbezet. De voorzitter ontkent, dat dit terrein centraal is gelegen; het centrum ligt z.i. niet daar. De noodzaak van de bestemming tot dorpsplein ziet hij niet in. In 1977 heeft de raad hot bestemmingsplan Zonnedauw vastgesteld; het was toen toch een serieuze zaak om het terrein voor woningbouw te bestemmen. We kunnen nu toch bezwaarlijk gaan stellen, dat de situatie in 1978 zodanig is gewijzigd, dat de bestemming daarvan nu al veranderd moot worden.

Raadsnotulen

Huijbergen: 1935-1996 | 1978 | | pagina 54