c
rf\
-5-
In de 20e begrotingswijziging werd de salarisverhoging per 1 januari
1973» alsmede de daaruit voortvloeiende uitkering uit het gemeentefonds
opgenomen.
Het dagelijks bestuur stelt voor tot de vaststelling van deze 2 wij
zigingen over te gaan; zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stem
ming besluit de raad hiertoe.
12Voorstel tot vaststelling van de be wijziging Algemene Bezoldigingsver
ordening 1971»
Naar aanleiding van de circulaire van de Minister van Binnenlandse
Zaken d.d. 10 juli 1973 dient in verband de loonontwikkeling in het par
ticuliere bedrijfsleven (trend) aanpassing van de bezoldigingsverorde
ning plaats te vinden; in het voorstel werden de cijfers van de boven
genoemde circulaire verwerkt.
Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming besluit de raad
tot de vaststelling van deze wijziging
De voorzitter deelt mede. dat door de afd. financiën is gevraagd het
onderstaande punt in behandeling te nemen de raadsleden gaan hiermede
akkoord.
12a Voorstel tot vaststelling van de afrekening met de Stichting Kath. Onder
wijs te Bergen op Zoom ing. de Kleuteronderwijswet over de jaren 1970 en
1971
De voorzitter merkt op, dat de vaststelling van deze afrekeningen
door het Ministerie gewoonlijk erg laat geschied; daarna kan de afre
kening met het schoolbestuur eerst thans plaats vinden; het schoolbe
stuur heeft op een spoedige afwerking aangedrongen.
Ingevolge deze afrekening afrekeningen dient over de jaren 1970 en
1971 alsnog te worden uitbetaald resp. 262,50 en 665,38.
Het dagelijks bestuur stelt voor conform het voorstel te besluiten;
zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming besluitde raad
hiertoe.
13Rondvraag.
aInschrijving voor uitvoering van gemeentewerken.
De hear van Aert vraagt de voorzitter, waarom de Huijbergse aan
nemers geen kans gegeven wordt in te schrijven naar verschillende ge
meente werken.
De voorzitter antwoordt hierop, dat, waar dit mogelijk is, de aan
nemers uit deze plaats steeds worden ingeschakeld; indien dit niet
gebeurt, is hiervoor een gegronde reden aanwezig.
De heer van Aert wijst erop, dat voor het schilderwerk van het ge
meentehuis een eigen aannemer toch niet heeft mogen inschrijven.
De voorzitter zegt, dat, op grond van een ingekomen advies van de
Dienst Gemeentewerken dit inderdaad niet is geschied.
Wethouder Damen deelt mede, dat, wanneer iemand maanden een hem
gegund werk laat liggen er alle aanleiding toe is om hem een volgende
maal eens niet voor een inschrijving uit te nodigen; de wethouder,
acht het niet juist, dat bemerkingen terzake worden gemaakt, als men
niet de juiste stand van zaken weet.
De heer van Aert dringt er bij het gemeentebestuur op aan de eigen
inwoners niet uit te schakelen.
Wethouder van der Velden merkt nog op, dat de betreffende aannemer
intussen het schilderen van de garage gemeentewerken werd gegund; de
wethouder vindt het jammer en niet juist, dat de heer van Aert wel
de bezwaren aan deze aannemers worden medegedeeld, doch daarbij niet
de achtergronden worden verteld. Hij adviseert in deze gevallen eerst
eens even contact op te nemen net het gemeentebestuur.