Brief van Mevr, Jansen-Houtepen te Fijnaart.
Bij brief van 28 februari 1971 aan B en W en de raad
verzocht Mevr. Jansen-Houtepen opnieuw om toestem
ming tot het plaatsen van een caravan, c.q. het
bouwen van een zomerhuisje o-g- haar bosperceel in de
Staartse Duinen. Aangezien uit deze brief niet bleek,
dat zij als beroepschrift was bedoeld, maar meer
informatief was, werd deze behandeld in B en W.
Uit een nieuwe brief van Mevr. Jansen-Houtepen blijkt,
dat voornoemde brief wel als beroepschrift was bedoeld
ingevolge de recreatieverordening buitenverblijven.
Bij weigering van een vergunning kan ingevolge deze
verordening binnen 2 maanden in beroep worden gegaan
bij de raad. Gezien de brief binnen kwam meer dan 2
maanden na het weigeren van de vergunning, zou het be
roep zonder meer op formele gronden kunnen worden af
gewezen.
De eigenaresse heeft geen recht krachtens de overgangs
bepaling (voor 1 januari 1967 eigenaar), terwijl thans
alleen in buitengewone gevallen toestemming kan worden
verleend. Dit is haar medegedeeld en ook het feit, dat
Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant reeds last hebben
gegeven caravans te verwijderen. De voorzitter deelt
verder mede, dat thans een brief is klaar gemaakt voor
Mevr. Jansen, waarin haar wordt medegedeeld, dat haar,
ook in beroep, geen vergunning zal worden verleend. De
raad gaat hiermede accoord.
Brief van de gemeentebesturen Prinsenbeek, Terheijden en
Teteringen.
I.v.m. bestuurlijke reorganisatie wordt getracht boven
genoemde gemeenten op te heffen, c.q, bij Breda te
voegen. De gemeentebesturen van betrokken gemeenten
hebben hierover het standpunt der politieke partijen ge
vraagd. Het antwoord van de politieke partijen is thans
binnen en is aan de overige gemeentebesturen in Noord-
Brabant medegedeeld. Dit antwoord heeft ten gemeentehuize
ter visie gelegen. Het is een ingewikkelde materie.
Sommige zijn tegen opheffing van kleine gemeenten, anderen
voor gewestvorming enz.
Wordt voor kennisgeving aangenomen.
Verzoek van de Stichting Katholiek Onderwijs Huijbergen
om vergoeding van de reiskosten gemaakt voor het school
zwemmen.
Ingevolge het advies van de Inspectie van de Lager Onderwijs
worden door de vergoeding van deze kosten, do normale eisen
aan het onderwijs te stellen, niet overschreden, aangezien
het schoolzwemmen deel uitmaakt van het vak lichamelijke
oefening.
De voorzitter stelt voor de gevraagde vergoeding ad. 1370,
toe te kennen. De raad besluit hiertoe.