5. Ingekomen stukken.
a. Brief dd. 11 mei 1970 van de Stichting Waakzaam
heid Drinkwater betrc ende fluoridering.
De voorzitter geeft een uitvoerige toelichting op
het ingekomen schrijven en het daarbij behorende boekje
en de lijst met reeds verschenen documentatie.
Spreker wijst op het grote belang van deze zaak
waarin zich vele geleerden, vooral doktoren en geneeskun
dige diensten verdieptu.
Er zijn vele voorstanders van fluoridering; even
wel zijn er ook tegenstanders. Een van dezen is de boven
genoemde Stichting, welke door middel van de bijgevoegde
brochure de aandacht vestigt op de discussies, welke over
deze zaak in Amerika worden gevoerg.
De kern van deze zaak is, dat men zeer voorzichtig
moet zijn met de fluotidering van drinkwater; voor sommi
ge personen kan n.l. een te grote hoeveelheid van fluor
funest zijn.
De voorzitter deelt mede van oordeel te zijn, dat
we deze zaken beter over kunnen laten aan de ter zake des
kundigen en stelt voor het schrijven voor kennisgeving aan
te nemen.
De raadsleden gaan hiermee accoord.
"kVerzoek van H.J. Heijnen en cons, om onttrekking
aan de publieke bestemming van de weg naar de Brem
hoogte, alsmede de ingekomen bezwaren.
De voorzitter leest het verzoek van de heer Heij
nen, hetwelk mede wordt gedaan door een vijftal andere
personen, voor en geeft hierop een korte toelichting; de
spreker wijst hierbij nog op de behandeling van dit punt
in de vorige vergadering.
Intussen is het verzoek van adressanten gepubliceerd;
er zijn 9 bezwaarschriften ingekomen, welke alleen door
de voorzitter worden voorgelezen.
De bezwaren van deze personen zijn tweeërlei; 1.
de eigenaren van de achter deze weg léggende terreinen
wordt de toegang tot hun terreinen ontnomen en 2. de ge
legenheid tot wandelen en fietsen wordt hierdoor ontnemen.
Voorts wordt door reclamanten bezwaar gemaakt tegen de to
tale afzetting van deze boscomplexen.
¥a enige informatie door de raadsleden deelt de
heer Hectors mede, dat het jammer zou zijn, wanneer deze
weg voor het publiek gesloten zou worden; voor recreatieve
doeleinden is het een uniek bospad, hetwelk deze bestem
ming wel dient te - en.
Bij de beraadslaging welke hierna verder volgt wordt
nog opgemerkt, dat in de Staartseheide weinig openbare
wegen voorkomen, welke op een wegenlegger staan en deze
weg deze bestemming dient te behouden, zeker zolang er
geen vervangende openbare weg voor in de plaats kan wor
den gesteld.
De voorzitter gaat nog even op in de hidtorie van
deze weg, ;er "'on z: 1. van de fa. Joosen te
Bergen op kuom en v mede, dat deze weg in de vroege
re wegenlegger in oostelijke richting doorliep tot aan de