- 6 - Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming besluit de raad hierna tot de vaststelling van de 1e, 2e en 3e wijziging van de begroting van het dienstjaar 1968, waarin de bovengenoemde 3 kapitaalswerken werden geraamd. 7. Voorstel tot vaststelling van een nieuwe bouwverordening met 1e wijzi ging. en vaststelling verordening recreatiewoonverblijven De toelichting op deze stukken en het ontwerp van de wijzigingsverorde ning werden de raadsleden reeds toegezonden. De voorzitter meent, dat in de aan de raadsleden gezonden toelichting het voorstel van het dagelijks bestuur reeds voldoende werd gemotiveerd; spreker vermeldt nog, dat vóór 1 augustus 1968 deze verordeningen ing. de wet op de Ruimtelijke Ordening dienen te worden vastgesteld; vele gemeenten zijn hiertoe reeds overgegaan. De verordening van deze gemeente werd nader voorbereid door de heer Bekkers, die ook deze zaak voor de gemeente Ossendrecht heeft bekeken; in verband met de aanpassing van leefgewoonten in deze streek is zowel voor de gemeente Ossendrecht als voor Huijbergen dezelfde 1e wijziging van de verordening ontworpen; op verzoek van de voorzitter licht de heer Bekkers deze 1e wijziging nader toe. Door enkele raadsleden worden aan de heer Bekkers nog enkele vragen gesteld, welke door deze worden beantwoord. Na deze beraadslaging besluit de raad zonder hoofdelijke stemming tot de vaststelling van de bovengenoemde stukken. 7a. Controlerapporten Verificatiebureau 4e kwartaal 1967. De voorzitter doet mededeling van de inhoud van deze rapporten; de raads leden nemen deze mededelingen voor kennisgeving aan. 7b. Voorstel tot vaststelling vergoeding Kleuteronderwijswet over '64 Volgens het ter tafel aanwezige voorstel van het dagelijks bestuur beslui de raad zonder hoofdelijke stemming het bedrag van deze vergoeding vast te stellen op ƒ.2224,--. Het bedrag van het genoten voorschct bedraagt ƒ,2028,50, zodat door het schoolbestuur nog moet worden uitbetaald ƒ.195>50 7c. Voorstel tot vaststelling van een voorschot op de vergoedingen Kleu ter onderwijswet over de jaren 1965 t/m 1968 De voorzitter deelt mede, dat het R.K. Armbestuur alhier ten behoeve van haar Kleuterschool aan de Dorpsstraat alhier heeft verzocht de reeds toegekende voorschotten over de jaren 1965» 1966 en 1967 te verhogen met resp. de navolgende bedragen: ƒ.84,14» 514,76 en ƒ.164,85. Tevens verzoel genoemd bestuur voor deze school het voorschot voor het jaar 1968 vast te stellen op een bedrag van 5168,60. Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming besluit de raad hier toe 7d. Voorstel tot vaststelling van voorschotten op de vergoedingen ing. art. 101 der L.O.wet over het jaar 1968. Het dagelijks bestuur stelt voor overeenkomstig de ingekomen verzoeken deze voorschotten ten behoeve van de hierna te noemen scholen als volgt vast te stellen: Inst. St.Marie Staartsestraat 8 alhier u.l.o. op 185 2/3 x ƒ.130,— ƒ.24136,67 InstSt .Marie Boomstraat 7 alhier g.l.o. op 159 1 x^100,ƒ.15955,35 Par.school St.Hubertus alhier g.l.o. 160 1/3 x ƒ.80,12826,67. Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming besluit de raad tot de vaststelling van de hierbovengenoemde voorschotten. 7e. Wandkleed. Alvorens met de rondvraag te beginnen vestigt de voorzitter de aandacht van de raadsleden op het wandkleed van de kunstenaar Th. Mols uit Tilburg, hetwelk sinds enkele dagen in de raadzaal aanwezig is. Spreker merkt op,

Raadsnotulen

Huijbergen: 1935-1996 | 1968 | | pagina 7