Het voorstel wordt door de voorzitter mondeling nader toegelicht en
deelt o.m. daarbij mede, dat het bovenstaande nog is besproken met het
hoofdbestuur van het Bouwtoezichtuit de stukken blijkt, dat het in de
bedoeling ligt de heer Bekkers, na diens ontslag als ambtenaar van het
Bouwtoezicht te Breda, in dienst te nemen van de gemeente Ossendrecht
en Huijbergen; in het voornemen ligt het voorts om nog een tweede kracht
in dienst te nemen voor eenvoudige werkzaamheden zoals het maken van ka
dastrale uittreksels enz.
Het verzoek tot wijziging zal vermoedelijk door het Bouwtoezicht in
gewilligd worden; de claim wordt dan berekend over de jaren 1965s 1966 en
1967.
Uit het preadvies blijkt, dat het hoofdmotief tot de wijziging van de
organisatievorm is het verkrijgen van een goed toezicht, wat dichtbij is
en gemakkelijk te bereiken; de financiële zijde van het geval staat hierbij
op de 2e plaats.
De heer Huijskens vraagt of niet de mogelijkheid aanwezig is een eigen
ambtenaar van het Bouwtoezicht te benoemen.
De voorzitter antwoordt hierop, dat men een goed technisch ambtenaar
niet gemakkelijk in dienst krijgt; vanwege de hoge kosten is dit voor
Huijbergen niet doenlijk.
De heer van Hoof vraagt zich af, wat er gebeurt als de gemeente Ossen
drecht deze ambtenaar de gehele week nodig heeft.
De voorzitter antwoordt hierop, dat er dan een groter apparaat komt
waarover de gemeente Huijbergen mede zal kunnen beschikken; dit zal in de
stukken goed vastgelegd worden. De gemeente Ossendrecht heeft een volledige
medewerking toegezegd.
Ten aanzien van de claimbedragen merkt de voorzitter nog op, dat deze
mogelijk nog mee zullen vallen; deze worden n.l. door de algemene Leden
raad vastgesteld aan de hand van de jaarrekeningen. Aangezien deze zeer
laat vastgesteld worden zullen we pas over enkele jaren de juiste claim
bedragen kennen.
Na enige beraadslaging besluit de raad zonder hoofdelijke stemming
overeenkomstig het voorstel van het dagelijks bestuur, neergelegd in het
aan hen toegezonden advies.
5. Voorstel tot het stellen van zekerheid voor de betaling van hoofdsom
en rente van een lening, aan te gaan door J.G.Venhuizenalhier voor het
kopen van de woning ffilhelmietenstraat 25.
De voorzitter herinnert eraan, dat voorheen reeds een zodanig besluit
ten behoeve van de heer Venhuizen werd genomen; in verband met het ver
strijken van de gestelde termijn, binnen welke de akte van overdracht
moest worden gepasseerd, kon deze lening niet door de heer Venhuizen worden
benut
De heer Venhuizen heeft thans van het Ministerie opnieuw de toestemming
verkregen tot de overname van de woning tegen het voorheen gestelde bedrag
Aangezien de rentestand inmiddels is gestegen wordt opnieuw de hierboven-
gemelde zekerheid gevraagd; de te betalen rente bedraagt thans 6-gfé; de
overige voorwaarden zijn dezelfde gebleven.
De voorzitter merkt nog op, dat de termijn van overdracht inmiddels
door het Ministerie is verlengd van 5 tot 6 maanden.
Het dagelijks bestuur stelt voor de gevraagde zekerheid te stellen.
Na beraadslaging besluit de raad zonder hoofdelijke stemming hiertoe.
6. Aanbieding en eventuele behandeling van de gemeenterekening, de rekening
van het woning- en grondbedrijf over het jaar 1965»
De hierbovengenoemde rekeningen, door burgemeester en wethouders op
heden aan de raad aangeboden, worden ter behandeling voorgelegd.
De voorzitter deelt mede, dat de rapporten van het Centraal Bureau
voor Verificatie en Financiële Adviezen der Vereniging van Nederlandse
Gemeenten te 1s-Gravenhage zijn ingekomen; dit rapport vermeldt slechts
bemerkingen van ondergeschikt belang.