Vprvoleens deelt hi i nog mede,dat hij hij de aannemer heeft ge-
Stoleïd warneerhezi met Ie beu» van de woningen denkt te
beginnen. Hij heeft de voorzitter medegedeeld dat hij eind v
de"volgende week een aanvang zal maken met het storten van de
fundering. De Heer Buermans vraagt,wat bij de' vorige
steding de mening van de Huijbergse aannemers was.De voorzitter
deelt hem hierop mede ,dat de aannemers de Heer Bf>kker kennen.
Deze bouwt in seriewerk. Hij is in heel Nederland bezig.
Alle mensen werken bij hem in accoordloonhetwelk tot en met
uitgekiend.Daar kunnen de Huijbergse aannemers met tegen p.
Hierna besluit de raad tot het aanvragen van de rijksbijdrage
en tot onderhandse aanbesteding.
6. Voorstel tot het verlenen van een voorschot_jyagevolge
der Lo ~we t het Instituut St. Marie alhier.
De voorzitter zegt dat het hier een uitvoeringsbesluit
Het bedrag per leerling is reeds bij de begrotingvastgesteld.
Aansezien het definitieve aantal leerlingen nog niet bekend
wordt een voorschot gevraagd oP basis van het aantal leerlingen
in 1960. De raad gaat hiermede accoord.
7Voorstel tot het toekennen van een vergoeding voor een vak-
onderwijzer van het Instituut St. Mari_e over_.19Ijl ,Q/.
De voorzitter merkt op, dat een dergelijke vergoeding oo in
werd betaald. Aangezien de uiteindelijke kosten voortvloeien
uit de aanstelling van een vakonderwijzer eerst op het eind
van het jaar bekend zijn,kan het werkelijke vergoedingsbedrag
log niet worden vastgesteld. De raad besluit conform het voor
stel van Burgemeester en wethouders.
8.Voorstel tot het toekennen van verplaatsjji£a^tan_jjW-gM
onderwijzer van een bij zond ere__school_i_
Gezien het bijzondere karakter van dit voorstel wordt besloten
dit punt aan te houden tot na de afwerking van de agenda,en m
de geheime vergadering te behandelen.
Q.Verzoek Hp Heer van der Vorst tot verbouwingvanjgijn
fr^Sitter deelt mede,dat het de raadsleden bekend is,dat
de beslissing tot het verlenen van een bouwvergunning m de
vergadering van 25 januari 1961 is aangehouden. Enige dagen na
de vergadering van 25 januari 1961 zijn de bemerkingen van
Bouwtoezicht op het ingediende bouwplan van van der Vorst inge
komen. Het voornaamste bezwaar was wel dat men de funderi g
niet sterk genoeg achtte om de zwaardere belasting tengevolge
van de verbouw te dragen. Tevens waren er verschillende aeste-
tische bezwaren.Door de architect van de Heer ^an^er Vorst
werd toen een nieuw plan opgemaakt waarbij de bestaande funde
ring niet meer dan bij de huidige bouw zou worden belast.Op
dit plan zijn heden de bemerkingen van Bouwtoezicht ingekomen.
Als bezwaar tegen het nieuwe plan werd gesteld ,dat de winkelpui
te groot en te grof was ontworpen.Aan dit bezwaar kan echter
middels een kleine wijziging worden tegemoetgekomen. Hij ste
daarom de raad voor aan de Heer van der Vorst bouwvergunning
te verlenen onder voorwaarde.dat deze wijziging wordt aangebracht.
Hiermede kan de raad zich verenigen.
De voorzitter merkt verder nog op dat het verlenen van de bouw
vergunning door de gemeente, niet inhoudt,dat de provinciale wa
terstraat met het plan tot verbouwing accoord gaat.Hier staat
de gemeente volledig buiten. Hij hoopt echter dat een gunstige
oplossing kan gevonden worden.